Summary
Dutch to German:   more detail...
  1. pot:
  2. potten:
  3. Wiktionary:
German to Dutch:   more detail...
  1. pot:
    The word pot exists in our database, but we currently do not have a translation from German to Dutch.


Dutch

Detailed Translations for pot from Dutch to German

pot:

pot [de ~ (m)] nom

  1. de pot (lesbienne)
    der Topf; die Lesbierin; die Lesbe; der Kochtopf
  2. de pot (vat; barrel; ton; )
    Faß; die Tonne; der Eimer; der Kübel; der Bottich; der Trog; die Wanne; die Schüssel
  3. de pot (wedstrijd; partij; concours; strijd)
    der Wettkampf; der Wettbewerb; Spiel; der Streit; die Partie; Spielchen; der Spielraum; die Schlacht; der Wettstreit
  4. de pot (speelgeld; poule; inzet)
    der Einsatz; der Pool; die Geldeinlage; Spielgeld
  5. de pot (kookpot)
    der Topf; der Kochtopf; der Schmortopf

Translation Matrix for pot:

NounRelated TranslationsOther Translations
Bottich bak; barrel; emmer; fust; kuip; pot; teil; ton; vat
Eimer bak; barrel; emmer; fust; kuip; pot; teil; ton; vat schepemmers
Einsatz inzet; pot; poule; speelgeld bijdrage; bouwterrein; bouwwerk; contributie; devotie; gebied; gebouw; genegenheid; ijver; inzet; inzetstuk; kavel; lidmaatschapsgeld; overgave; pand; perceel; terrein; toegewijdheid; toewijding; trouw; zorgzaamheid
Faß bak; barrel; emmer; fust; kuip; pot; teil; ton; vat
Geldeinlage inzet; pot; poule; speelgeld
Kochtopf kookpot; lesbienne; pot kookpan; pan
Kübel bak; barrel; emmer; fust; kuip; pot; teil; ton; vat
Lesbe lesbienne; pot
Lesbierin lesbienne; pot
Partie concours; partij; pot; strijd; wedstrijd beurt; bouwwerk; gebouw; hoeveelheid; kaveling; manche; pand; partij; rondje; set; spelletje; verkaveling
Pool inzet; pot; poule; speelgeld pool
Schlacht concours; partij; pot; strijd; wedstrijd gevecht; kamp; oorlog; slag; strijd; veldslag; worsteling
Schmortopf kookpot; pot gestoofd vlees; stoofpan; stoofschotel; stoofvlees; sudderlap
Schüssel bak; barrel; emmer; fust; kuip; pot; teil; ton; vat bak; etensbak; handkar; kar; ovenschaal; schaal; schaaltje
Spiel concours; partij; pot; strijd; wedstrijd Game; beurt; game; match; opvoering; parade; rondje; show; spel; spelletje; staatsie; vertoning; voorstelling
Spielchen concours; partij; pot; strijd; wedstrijd beurt; partijtje; potje; rondje; spel; spelletje; wedstrijdje
Spielgeld inzet; pot; poule; speelgeld
Spielraum concours; partij; pot; strijd; wedstrijd vrije ruimte; vrijheden
Streit concours; partij; pot; strijd; wedstrijd botsing; conflict; controverse; geargumenteer; gebakkelei; gehakketak; gekif; gekrakeel; geredeneer; geruzie; geschil; gevecht; kamp; kwestie; misnoegen; onbehagen; onenigheid; onmin; onvrede; ruzie; strijd; twist; worsteling
Tonne bak; barrel; emmer; fust; kuip; pot; teil; ton; vat
Topf kookpot; lesbienne; pot kamerpot; kookpan; pan; po
Trog bak; barrel; emmer; fust; kuip; pot; teil; ton; vat
Wanne bak; barrel; emmer; fust; kuip; pot; teil; ton; vat badkuip; kuip; teiltje; tobbe; waskuip
Wettbewerb concours; partij; pot; strijd; wedstrijd competitie; concurrentie; prijsvraag
Wettkampf concours; partij; pot; strijd; wedstrijd gevecht; kamp; match; strijd; worsteling
Wettstreit concours; partij; pot; strijd; wedstrijd

Related Words for "pot":


Related Definitions for "pot":

  1. geld dat ingezet wordt bij een spel1
    • ik heb de pot gewonnen1
  2. lage schaal om in te plassen1
    • hij zet de kleuter op de pot1
  3. vat van aardewerk of glas1
    • hebben we nog een pot appelmoes?1

Wiktionary Translations for pot:

pot
noun
  1. Kurzform für: Kochtopf
  2. kleines Gefäß

Cross Translation:
FromToVia
pot Toilette; WC; Klo can — toilet
pot Lesbe dyke — lesbian
pot Topf pot — vessel
pot Behälter; Besteck; Krug; Bottich; Bütte; Wanne; Zober; Zuber baquet — Petit cuvier de bois qui a les bords assez bas.
pot Lesbe gouine — archaïsme|fr injur|fr coureuse ; femme de mauvaise vie.
pot Pott; Topf; Behälter; Gefäß; Vase; Hafen; Kanne; Krug potvase de terre ou de métal servant à divers usages.

potten:

potten verbe (pot, potte, potten, gepot)

  1. potten (oppotten; hamsteren; opzij leggen)
    horten; hamstern; zurücklegen; auf die Seite legen; beiseite legen
    • horten verbe (horte, hortest, hortet, hortete, hortetet, gehortet)
    • hamstern verbe (hamstre, hamsterst, hamstert, hamsterte, hamstertet, gehamstert)
    • zurücklegen verbe (lege zurück, legst zurück, legt zurück, legte zurück, legtet zurück, zurückgelegt)
    • auf die Seite legen verbe (lege auf die Seite, legst auf die Seite, legt auf die Seite, legte auf die Seite, legtet auf die Seite, auf die Seite gelegt)
    • beiseite legen verbe (lege beiseite, legst beiseite, legt beiseite, legte beiseite, legtet beiseite, beiseite gelegt)

Conjugations for potten:

o.t.t.
  1. pot
  2. pot
  3. pot
  4. potten
  5. potten
  6. potten
o.v.t.
  1. potte
  2. potte
  3. potte
  4. potten
  5. potten
  6. potten
v.t.t.
  1. heb gepot
  2. hebt gepot
  3. heeft gepot
  4. hebben gepot
  5. hebben gepot
  6. hebben gepot
v.v.t.
  1. had gepot
  2. had gepot
  3. had gepot
  4. hadden gepot
  5. hadden gepot
  6. hadden gepot
o.t.t.t.
  1. zal potten
  2. zult potten
  3. zal potten
  4. zullen potten
  5. zullen potten
  6. zullen potten
o.v.t.t.
  1. zou potten
  2. zou potten
  3. zou potten
  4. zouden potten
  5. zouden potten
  6. zouden potten
en verder
  1. is gepot
  2. zijn gepot
diversen
  1. pot!
  2. pot!
  3. gepot
  4. pottend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

potten [het ~] nom

  1. het potten (in potten doen)
    die Töpfe

Translation Matrix for potten:

NounRelated TranslationsOther Translations
Töpfe in potten doen; potten kamerpotten; kookpannen; pannen; stoofpannen
VerbRelated TranslationsOther Translations
auf die Seite legen hamsteren; oppotten; opzij leggen; potten achterhouden; afzonderen; apart zetten; behouden; isoleren; opzijleggen; reserveren; terughouden
beiseite legen hamsteren; oppotten; opzij leggen; potten achterhouden; behouden; opzijleggen; reserveren; terughouden; voorbehouden
hamstern hamsteren; oppotten; opzij leggen; potten
horten hamsteren; oppotten; opzij leggen; potten
zurücklegen hamsteren; oppotten; opzij leggen; potten achterhouden; afleggen; afzonderen; apart zetten; behouden; bewaren; isoleren; meters maken; opzij leggen; opzijleggen; reserveren; terughouden; terugleggen; terugplaatsen; terugzetten; voorbehouden; wegzetten

Related Words for "potten":


Wiktionary Translations for potten:


Cross Translation:
FromToVia
potten versenken down — to pot a ball

Related Translations for pot



German

Detailed Translations for pot from German to Dutch

Pot:


Synonyms for "Pot":