Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. wegzetten:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for wegzetten from Dutch to English

wegzetten:

wegzetten verbe (zet weg, zette weg, zetten weg, weggezet)

  1. wegzetten (bewaren; opzij leggen)
    to store; to lay aside; to save; to put away
    • store verbe (stores, stored, storing)
    • lay aside verbe (lays aside, laid aside, laying aside)
    • save verbe (saves, saved, saving)
    • put away verbe (puts away, put away, putting away)

Conjugations for wegzetten:

o.t.t.
  1. zet weg
  2. zet weg
  3. zet weg
  4. zetten weg
  5. zetten weg
  6. zetten weg
o.v.t.
  1. zette weg
  2. zette weg
  3. zette weg
  4. zetten weg
  5. zetten weg
  6. zetten weg
v.t.t.
  1. heb weggezet
  2. hebt weggezet
  3. heeft weggezet
  4. hebben weggezet
  5. hebben weggezet
  6. hebben weggezet
v.v.t.
  1. had weggezet
  2. had weggezet
  3. had weggezet
  4. hadden weggezet
  5. hadden weggezet
  6. hadden weggezet
o.t.t.t.
  1. zal wegzetten
  2. zult wegzetten
  3. zal wegzetten
  4. zullen wegzetten
  5. zullen wegzetten
  6. zullen wegzetten
o.v.t.t.
  1. zou wegzetten
  2. zou wegzetten
  3. zou wegzetten
  4. zouden wegzetten
  5. zouden wegzetten
  6. zouden wegzetten
diversen
  1. zet weg!
  2. zet weg!
  3. weggezet
  4. wegzettend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for wegzetten:

NounRelated TranslationsOther Translations
store archief; bergplaats; depot; geweermagazijn; ligopslagplaats; magazijn; opslag; opslagplaats; opslagruimte; pakhuis; provisiekast; voorraadschuur; warenhuis
VerbRelated TranslationsOther Translations
lay aside bewaren; opzij leggen; wegzetten
put away bewaren; opzij leggen; wegzetten achterhouden; behouden; bergen; bespreken; nuttigen; opbergen; opruimen; opzijleggen; reis boeken; reserveren; stallen; terughouden; van zich afzetten; vastleggen; verschalken; voorbehouden; wegbergen; wegsluiten; wegsteken; wegstoppen
save bewaren; opzij leggen; wegzetten behoeden; beschermen; bescherming bieden; beschutten; besparen; bewaren; bezuinigen; bijeenzamelen; conserveren; geld besparen; in acht nemen; instandhouden; korten; matigen; minder gebruiken; ontzien; op bankrekening zetten; opeenhopen; oppotten; opslaan; redden; sparen; vergaren; verschonen; verzamelen
store bewaren; opzij leggen; wegzetten archiveren; bewaren; deponeren; hamsteren; opbergen; oppotten; opslaan; opzij leggen; potten; stallen; wegbergen; wegsluiten
ModifierRelated TranslationsOther Translations
save behalve; behoudens; buiten; met uitsluiting van; uitgezonderd

Wiktionary Translations for wegzetten:

wegzetten
verb
  1. ter zijde zetten
  2. bewaren
wegzetten
verb
  1. -

Cross Translation:
FromToVia
wegzetten put away; waive; expose; put off; take off; lay; put down; kidnap enlever — Déplacer vers le haut.
wegzetten take away; get out; take off; take; remove ôtertirer une chose de la place où elle est. Se dit aussi en parlant des personnes et des animaux.