Summary
Dutch to Spanish:   more detail...
  1. afspraak afzeggen:


Dutch

Detailed Translations for afspraak afzeggen from Dutch to Spanish

afspraak afzeggen:

afspraak afzeggen verbe

  1. afspraak afzeggen

Translation Matrix for afspraak afzeggen:

NounRelated TranslationsOther Translations
anular herroepen; intrekken; opheffen; terugnemen
VerbRelated TranslationsOther Translations
anular afspraak afzeggen afbestellen; afblazen; afbreken; afgelasten; afwijzen; afzeggen; annuleren; delgen; doorhalen; herroepen; intrekken; nietig verklaren; nullificeren; ondervangen; ongeldig maken; opheffen; schrappen; te niet doen; teniet doen; tenietdoen; terugdraaien; terugkomen op; terugnemen; terugroepen; terugschroeven; verijdelen; vernietigen; weigeren
cancelar una cita afspraak afzeggen
ModifierRelated TranslationsOther Translations
anular circulaire; ringvormig

Related Translations for afspraak afzeggen