Summary
Dutch to Spanish:   more detail...
  1. container:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for container from Dutch to Spanish

container:

container [de ~ (m)] nom

  1. de container (reservoir; bak)
    el contenedor; el depósito; el recipiente
  2. de container
    el contenedor
  3. de container
    el contenedor; el container
  4. de container (containertoepassing)

Translation Matrix for container:

NounRelated TranslationsOther Translations
container container laadbak; laadvloer
contenedor bak; container; containertoepassing; reservoir laadbak; laadvloer
depósito bak; container; reservoir afzetsel; bergen; berghok; berging; bergruimte; bewaren; bewaring; bezinksel; deposito; depot; droesem; grondsop; in bewaring geven; opslag; opslagplaats; pantservoertuig; pantserwagen; regenbak; reservoir; residu; sediment; spaarbekken; stortbak; storting; tank; toevertrouwen; vergaarbak; verzamelbekken; waterreservoir; zetsel
recipiente bak; container; reservoir etensbakje; reservoir; vergaarbak; verzamelbekken
Not SpecifiedRelated TranslationsOther Translations
aplicación contenedora container; containertoepassing
contenedor container

Related Words for "container":


Wiktionary Translations for container:

container
noun
  1. (grote) gestandaardiseerde metalen kist voor het transport van losse goederen

Cross Translation:
FromToVia
container contenedor Container — ein spezieller, genormter Transportbehälter für den Güterfernverkehr
container contenedor conteneur — transport|fr caisse métallique, parallélépipèdique, polyvalente (conçue pour le transport de marchandises par différents modes de transport), normalisée et munie, dans les angles, de pièces de préhension permettant l’arrimage et le transbordage.