Summary
Dutch to French:   more detail...
  1. toeschijnen:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for toeschijnen from Dutch to French

toeschijnen:

toeschijnen verbe (schijn toe, schijnt toe, scheen toe, schenen toe, toegeschenen)

  1. toeschijnen (lijken; schijnen; eruit zien)
    paraître; sembler; apparaître; avoir l'air
    • paraître verbe (parais, paraît, paraissons, paraissez, )
    • sembler verbe (semble, sembles, semblons, semblez, )
    • apparaître verbe (apparais, apparaît, apparaissons, apparaissez, )
    • avoir l'air verbe

Conjugations for toeschijnen:

o.t.t.
  1. schijn toe
  2. schijnt toe
  3. schijnt toe
  4. schijnen toe
  5. schijnen toe
  6. schijnen toe
o.v.t.
  1. scheen toe
  2. scheen toe
  3. scheen toe
  4. schenen toe
  5. schenen toe
  6. schenen toe
v.t.t.
  1. heb toegeschenen
  2. hebt toegeschenen
  3. heeft toegeschenen
  4. hebben toegeschenen
  5. hebben toegeschenen
  6. hebben toegeschenen
v.v.t.
  1. had toegeschenen
  2. had toegeschenen
  3. had toegeschenen
  4. hadden toegeschenen
  5. hadden toegeschenen
  6. hadden toegeschenen
o.t.t.t.
  1. zal toeschijnen
  2. zult toeschijnen
  3. zal toeschijnen
  4. zullen toeschijnen
  5. zullen toeschijnen
  6. zullen toeschijnen
o.v.t.t.
  1. zou toeschijnen
  2. zou toeschijnen
  3. zou toeschijnen
  4. zouden toeschijnen
  5. zouden toeschijnen
  6. zouden toeschijnen
en verder
  1. ben toegeschenen
  2. bent toegeschenen
  3. is toegeschenen
  4. zijn toegeschenen
  5. zijn toegeschenen
  6. zijn toegeschenen
diversen
  1. schijn toe!
  2. schijnt toe!
  3. toegeschenen
  4. toeschijnend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for toeschijnen:

NounRelated TranslationsOther Translations
apparaître doen voorkomen; schijnen
VerbRelated TranslationsOther Translations
apparaître eruit zien; lijken; schijnen; toeschijnen aan het licht komen; er uitzien; ogen; ontdekt worden; opdagen; opdoemen; opduiken; opkomen; tevoorschijn komen; uitkomen; uitkomen van geheim; verrijzen; verschijnen; voor de dag komen; voordoen
avoir l'air eruit zien; lijken; schijnen; toeschijnen er uitzien; ogen
paraître eruit zien; lijken; schijnen; toeschijnen aan het licht komen; de schijn van iets hebben; er uitzien; ogen; ontdekt worden; schijnen; uitkomen; uitkomen van geheim; verschijnen; voor de dag komen; voordoen
sembler eruit zien; lijken; schijnen; toeschijnen de schijn van iets hebben; er uitzien; ogen; schijnen