Summary
Dutch to French:   more detail...
  1. erdoor jagen:


Dutch

Detailed Translations for erdoor jagen from Dutch to French

erdoor jagen:

erdoor jagen verbe (jaag erdoor, jaagt erdoor, joeg erdoor, joegen erdoor, erdoor gejaagd)

  1. erdoor jagen
    dépenser
    • dépenser verbe (dépense, dépenses, dépensons, dépensez, )

Conjugations for erdoor jagen:

o.t.t.
  1. jaag erdoor
  2. jaagt erdoor
  3. jaagt erdoor
  4. jagen erdoor
  5. jagen erdoor
  6. jagen erdoor
o.v.t.
  1. joeg erdoor
  2. joeg erdoor
  3. joeg erdoor
  4. joegen erdoor
  5. joegen erdoor
  6. joegen erdoor
v.t.t.
  1. heb erdoor gejaagd
  2. hebt erdoor gejaagd
  3. heeft erdoor gejaagd
  4. hebben erdoor gejaagd
  5. hebben erdoor gejaagd
  6. hebben erdoor gejaagd
v.v.t.
  1. had erdoor gejaagd
  2. had erdoor gejaagd
  3. had erdoor gejaagd
  4. hadden erdoor gejaagd
  5. hadden erdoor gejaagd
  6. hadden erdoor gejaagd
o.t.t.t.
  1. zal erdoor jagen
  2. zult erdoor jagen
  3. zal erdoor jagen
  4. zullen erdoor jagen
  5. zullen erdoor jagen
  6. zullen erdoor jagen
o.v.t.t.
  1. zou erdoor jagen
  2. zou erdoor jagen
  3. zou erdoor jagen
  4. zouden erdoor jagen
  5. zouden erdoor jagen
  6. zouden erdoor jagen
diversen
  1. jaag erdoor!
  2. jaagt erdoor!
  3. erdoor gejaagd
  4. erdoor jagend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for erdoor jagen:

VerbRelated TranslationsOther Translations
dépenser erdoor jagen besteden; doorjagen; doorleven; doorstaan; opmaken; spenderen; uitgeven; uitgeven voor een maaltijd; verbruiken; verdragen; verduren; verteren

Related Translations for erdoor jagen