Dutch

Detailed Translations for over from Dutch to French

over:


Translation Matrix for over:

NounRelated TranslationsOther Translations
au-delà eeuwige leven; eeuwigheid; eindeloosheid; hemel; hiernamaals; oneindigheid; paradijs
fait aangelegenheid; actie; affaire; aktie; casus; daad; evenement; feit; gebeurtenis; geval; handeling; incident; kwestie; voorval; zaak
passé verleden
AdverbRelated TranslationsOther Translations
- nogmaals; opnieuw
PrepositionRelated TranslationsOther Translations
- aangaande; inzake; omtrent; van; via
Not SpecifiedRelated TranslationsOther Translations
- alweer
ModifierRelated TranslationsOther Translations
achevé af; afgedaan; afgelopen; beëindigd; gedaan; gepleegd; gereed; geëindigd; klaar; over; uit; voltooid; voorbij af; beëindigd; foutloos; gedaan; gereed; klaar; perfect; volbracht; voleindigd; volleerd; volmaakt
au dessus over
au-delà over; overheen achter; daarachter; erachter
au-dessus over; overheen bij; boven; bovenop; bovenuit; daarboven; dichtbij; erbij; erboven; erbovenuit; erop; in de buurt; nabij; nabijgelegen; vlakbij
dessus over bij; boven; bovenop; erbij; erboven; erop
disposé af; afgedaan; afgelopen; gereed; geëindigd; klaar; over; uit; voltooid; voorbij bereid; bereidvaardig; gehumeurd; gemutst; genegen; gereed; gestemd; gewillig; gezind; klaar; paraat
exécuté af; afgedaan; afgelopen; beëindigd; gedaan; gepleegd; gereed; geëindigd; klaar; over; uit; voltooid; voorbij doodgeschoten; doorgevoerd; geëxecuteerd; uitgevoerd; verricht; voltrokken
fait af; afgedaan; afgelopen; beëindigd; gedaan; gepleegd; gereed; geëindigd; klaar; over; uit; voltooid; voorbij af; beëindigd; doorgekookt; gaar; geboren; gecreëerd; gedaan; gemaakt; geproduceerd; gereed; geschapen; gevormd; klaar; ter wereld gekomen; uitgevoerd; verricht; vervaardigd; volbracht; voltrokken
fini af; afgedaan; afgelopen; beëindigd; gedaan; gepleegd; gereed; geëindigd; klaar; over; uit; voltooid; voorbij af; afgerond; beëindigd; doorgekookt; eruit; foutloos; gaar; gecompleteerd; gedaan; gereed; klaar; perfect; volbracht; voleindigd; volmaakt
par-dessus over; overheen
passé af; afgedaan; afgelopen; gereed; geëindigd; klaar; over; uit; voltooid; voorbij afgelopen; armoedig; bedorven; beëindigd; doorgegeven; ex; flodderig; geweest; gewezen; haveloos; jongstleden; kwijt; o.v.t.; onvoltooid verleden tijd; pover; rot; rottig; schamel; sjofel; sjofeltjes; slecht; toenmalig; verder gegeven; verdwaald; vergaan; verleden; verleden tijd; verlopen; verloren; vermist; verrot; verstreken; vervallen; voorbij; voorgevallen; voorheen; voormalig; voormalige; vorig; vorige; vroeger; vroegere; weg; zoek
préparé af; afgedaan; afgelopen; beëindigd; gedaan; gepleegd; gereed; geëindigd; klaar; over; uit; voltooid; voorbij af; bedacht; bereid; beëindigd; gedaan; gekookt; gereed; gewapend; klaar; paraat; volbracht; voorbereid; voorbewerkt
prêt af; afgedaan; afgelopen; beëindigd; gedaan; gepleegd; gereed; geëindigd; klaar; over; uit; voltooid; voorbij af; beëindigd; doorgekookt; gaar; gedaan; gekookt; genegen; gereed; klaar; lening; paraat; rap; snel; startklaar; vlot; vlug; volbracht
terminé af; afgedaan; afgelopen; beëindigd; gedaan; gepleegd; gereed; geëindigd; klaar; over; uit; voltooid; voorbij af; afgehandeld; afgerond; beëindigd; doorgekookt; gaar; gecompleteerd; gedaan; gereed; klaar; volbracht

Related Words for "over":


Synonyms for "over":


Antonyms for "over":


Related Definitions for "over":

  1. om aan te geven wat het onderwerp is1
    • hij weet alles over molens1
  2. nog een keer1
    • ik doe dat werk wel over1
  3. van de ene kant naar de andere1
    • hij liep het plein over1
  4. van de ene plaats naar de andere1
    • alle leerlingen zijn over naar de volgende klas1
  5. verder dan, er voorbij1
    • het is tien over drie1
  6. voorbij1
    • mijn hoofdpijn is over1
  7. wat het bedekt1
    • het kleed ligt over de tafel1
  8. wat niet gebruikt is1
    • er is nog taart over1
  9. langs dat punt1
    • we rijden over Amsterdam1

Wiktionary Translations for over:

over
adverb
  1. voorbij, gedaan
preposition
  1. wat betreft
  2. op of langs de oppervlakte van
  3. na verloop van
  4. via, langs
  5. naar de andere kant van
    • over → de l'autre côté
  6. meer dan
over
  1. Traductions à classer d'après le sens
  2. -
  3. Traductions à trier suivant le sens
  4. Se trouvant à une grande distance (sens général)
noun
  1. peau de bouc préparer et cousue pour recevoir des liquides.

Cross Translation:
FromToVia
over à propos de; au sujet de about — in concern with
over de; sur about — concerning
over faire face à; affronter look — to face
over de of — introducing subject matter
over sur on — covering
over sur on — dealing with the subject of
over sur over — above
over brosser un tableau fiable; de; brosser un tableau brillant; brosser un tableau lumineux; brosser un tableau lustré; brosser un tableau reluisant; brosser un tableau rose; composer un tableau radieux; dresser un beau tableau; dresser un tableau brillant; dresser un tableau lumineux; dresser un bon tableau; dresser un tableau reluisant; former un tableau brillant; offre un tableau brillant; peindre un tableau brillant; peindre un tableau reluisant; peindre un tableau en rose; peindre un tableau rutilant; présenter un beau tableau; peindre un tableau splendide; présenter un bon tableau; présenter un tableau brillant; présenter un tableau reluisant ein rosiges Bild zeichnen — (etwas oder jemanden) höchst erfreulich charakterisieren, darlegen, schildern

Related Translations for over