Summary
Dutch Synonyms:   more detail...
  1. gisteren:


Dutch

Detailed Synonyms for gisteren in Dutch

gisteren:

gisteren adv

  1. gisteren
  2. gisteren
    – de dag vóór vandaag 1
    gisteren
    – de dag vóór vandaag 1
    • gisteren adv
      • ze zijn niet vandaag vertrokken, maar gisteren al1

Antonyms for "gisteren":


Related Definitions for "gisteren":

  1. de dag vóór vandaag1
    • ze zijn niet vandaag vertrokken, maar gisteren al1