Summary
English
Detailed Translations for broadcloth from English to Dutch
broadcloth: (*Using Word and Sentence Splitter)
- broad: breed; breedgeschouderd; uitgebreid; uitvoerig; langdradig; omslachtig; omstandig; breedsprakig; breedvoerig; wijdlopig; brede; globaal; in grote lijnen; uitgewerkt; in details; wijd
- cloth: doek; lap; kleed; bekleding; stoffering; stoffeerderij; linnengoed; laken; wollen weefsel; linnen; beddenlaken; vaatdoek; tafelkleed; tafellaken; tafelkleedje; goed; kledingmateriaal; schilderijdoek; geestelijkheid; clerus; stuk stof; weefsel; lakens; geweven stof; van laken; poetslap; stof; textiel
Spelling Suggestions for: broadcloth
broadcloth:
Synonyms for "broadcloth":
Related Definitions for "broadcloth":
Wiktionary Translations for broadcloth:
broadcloth
noun
-
wollen stof die eerst is geweven en daarna vervilt
External Machine Translations: