Summary
English to Dutch:   more detail...
  1. egalize:


English

Detailed Translations for egalize from English to Dutch

egalize:

egalize verbe

  1. egalize (smooth; even; polish)
    egaliseren; gelijkmaken; effenen; gladmaken
    • egaliseren verbe (egaliseer, egaliseert, egaliseerde, egaliseerden, geëgaliseerd)
    • gelijkmaken verbe (maak gelijk, maakt gelijk, maakte gelijk, maakten gelijk, gelijk gemaakt)
    • effenen verbe (effen, effent, effende, effenden, geëffend)
    • gladmaken verbe (maak glad, maakt glad, maakte glad, maakten glad, gladgemaakt)

Translation Matrix for egalize:

NounRelated TranslationsOther Translations
gelijkmaken levelling out
VerbRelated TranslationsOther Translations
effenen egalize; even; polish; smooth flatten; level; settle; smooth
egaliseren egalize; even; polish; smooth settle
gelijkmaken egalize; even; polish; smooth equalise; equalize; level; level down; level out; level up; smooth
gladmaken egalize; even; polish; smooth brush up; buff; doll up; polish; rub smooth; spruce up; trick up