Summary
Spanish to Dutch:   more detail...
  1. frase:
  2. Wiktionary:
Dutch to Spanish:   more detail...
  1. frase:
  2. Wiktionary:


Spanish

Detailed Translations for frase from Spanish to Dutch

frase:


Translation Matrix for frase:

NounRelated TranslationsOther Translations
bepaling cláusula; frase; grupo de palabras acción judicial; cláusula; cláusula adverbial; complemento adjetival; condición; criterio; cuadro; definición; determinación; estado; estipulación; forma física; proveer de palos o pilotes; requisito; restricción
frase frase dicho; giro; modismo
het uitspreken afirmación; anuncio; articulación; aseveración; certificación; certificado; comunicación; declaración; declaración de testigo; explicación; exposición; expresión; fallo; frase; información; informe; juicio; laudo; manifestación; mención; noticia; observación; opinión; pronunciación; referencia; sentencia; testimonio; veredicto
loze kreet frase
uitspraak afirmación; anuncio; articulación; aseveración; certificación; certificado; comunicación; declaración; declaración de testigo; explicación; exposición; expresión; fallo; frase; información; informe; juicio; laudo; manifestación; mención; noticia; observación; opinión; pronunciación; referencia; sentencia; testimonio; veredicto acuerdo; articulación; aviso; comunicación; criterio; decisión; fallo; información; juicio; noticia; notificación; opinión; publicación; resolución; sentencia
verwoording declaración; dicho; expresión; formulación; frase; frase hecha; manera de formular; palabras
woordgroep cláusula; frase; grupo de palabras
zin frase; oración apetito; calentura; deseo; dicho; entusiasmo; excitación; fascinación; ganas de comer; ganas de comer algo; giro; hambre; importancia; interés; lascivia; lubricidad; lujuria; modismo; precio; sentido; significado; valor
zin taalkundig frase; oración

Related Words for "frase":


Synonyms for "frase":


Wiktionary Translations for frase:

frase
noun
  1. een serie woorden die gezamenlijk in syntactisch verband een afgerond geheel vormen
  2. taalkunde|nld deel van een volzin dat een logisch geheel vormt

Cross Translation:
FromToVia
frase zin SatzLinguistik, Syntax: ein abgeschlossener, nach grammatischen Regeln aufgebauter, sprachlich geäußerter Gedanke; speziell: grammatikalische Einheit, bestehend aus einem finiten Verb und allen von diesem Verb verlangten Satzgliedern
frase uitspraak phrase — short written or spoken expression
frase zin; frase; volzin; zinsnede phrase — (grammaire, fr) séquence de propositions ordonnés en fonction des règles de la grammaire, permettant de décrire quelque chose.

Related Translations for frase



Dutch

Detailed Translations for frase from Dutch to Spanish

frase:

frase [de ~ (v)] nom

  1. de frase (zegswijze; uitdrukking; zin; gezegde)
    el modismo; el dicho; el giro
  2. de frase (loze kreet)
    la frase

Translation Matrix for frase:

NounRelated TranslationsOther Translations
dicho frase; gezegde; uitdrukking; zegswijze; zin gezegde; spreuk; verwoording
frase frase; loze kreet bepaling; het uitspreken; uitspraak; verwoording; woordgroep; zin; zin taalkundig
giro frase; gezegde; uitdrukking; zegswijze; zin bankgiro; draai; gierigheid; giro; girorekening; keer; keerpunt; kering; krenterigheid; omdraaiing; omkering; ommedraai; ommekeer; omwenteling; postgiro; revolutie; totale verandering; vrekkigheid; wending; zwenking
modismo frase; gezegde; uitdrukking; zegswijze; zin
ModifierRelated TranslationsOther Translations
dicho gemeld; genoemd; gezegd; verwoord

Related Words for "frase":

  • frasen, frases

Wiktionary Translations for frase:


Cross Translation:
FromToVia
frase sintagma phrase — grammar: group of two or more words that express an idea but do not form a complete sentence
frase frase phrase — (grammaire, fr) séquence de propositions ordonnés en fonction des règles de la grammaire, permettant de décrire quelque chose.