French

Detailed Translations for se fouler from French to Dutch

se fouler:

se fouler verbe

  1. se fouler (essorer; se faire une entorse; tordre; )
    verstuiken; ontwrichten; zwikken; verzwikken
    • verstuiken verbe (verstuik, verstuikt, verstuikte, verstuikten, verstuikt)
    • ontwrichten verbe (ontwricht, ontwrichtte, ontwrichtten, ontwricht)
    • zwikken verbe (zwik, zwikt, zwikte, zwikten, gezwikt)
    • verzwikken verbe (verzwik, verzwikt, verzwikte, verzwikten, verzwikt)
  2. se fouler (paralyser; disloquer; déboîter)
    verlammen; ontwrichten; krachteloos maken
    • verlammen verbe (verlam, verlamt, verlamde, verlamden, verlamd)
    • ontwrichten verbe (ontwricht, ontwrichtte, ontwrichtten, ontwricht)
    • krachteloos maken verbe (maak krachteloos, maakt krachteloos, maakte krachteloos, maakten krachteloos, krachteloos gemaakt)
  3. se fouler (disloquer; déboîter)
    ontwrichten; disloqueren; uit het lid brengen

Translation Matrix for se fouler:

VerbRelated TranslationsOther Translations
disloqueren disloquer; déboîter; se fouler déplacer; transférer; transposer
krachteloos maken disloquer; déboîter; paralyser; se fouler paralyser; rendre impuissant
ontwrichten disloquer; déboîter; essorer; paralyser; se faire une entorse; se fouler; tordre; tortiller
uit het lid brengen disloquer; déboîter; se fouler
verlammen disloquer; déboîter; paralyser; se fouler paralyser
verstuiken disloquer; déboîter; essorer; se faire une entorse; se fouler; tordre; tortiller
verzwikken disloquer; déboîter; essorer; se faire une entorse; se fouler; tordre; tortiller
zwikken disloquer; déboîter; essorer; se faire une entorse; se fouler; tordre; tortiller

Related Translations for se fouler