Summary
Dutch to German:   more detail...
  1. uitwrijven:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for uitwrijven from Dutch to German

uitwrijven:

uitwrijven verbe (wrijf uit, wrijft uit, wreef uit, wreven uit, uitgewreven)

  1. uitwrijven
    ausreiben
    • ausreiben verbe (reibe aus, reibst aus, reibt aus, reibte aus, reibtet aus, ausgereibt)

Conjugations for uitwrijven:

o.t.t.
  1. wrijf uit
  2. wrijft uit
  3. wrijft uit
  4. wrijven uit
  5. wrijven uit
  6. wrijven uit
o.v.t.
  1. wreef uit
  2. wreef uit
  3. wreef uit
  4. wreven uit
  5. wreven uit
  6. wreven uit
v.t.t.
  1. heb uitgewreven
  2. hebt uitgewreven
  3. heeft uitgewreven
  4. hebben uitgewreven
  5. hebben uitgewreven
  6. hebben uitgewreven
v.v.t.
  1. had uitgewreven
  2. had uitgewreven
  3. had uitgewreven
  4. hadden uitgewreven
  5. hadden uitgewreven
  6. hadden uitgewreven
o.t.t.t.
  1. zal uitwrijven
  2. zult uitwrijven
  3. zal uitwrijven
  4. zullen uitwrijven
  5. zullen uitwrijven
  6. zullen uitwrijven
o.v.t.t.
  1. zou uitwrijven
  2. zou uitwrijven
  3. zou uitwrijven
  4. zouden uitwrijven
  5. zouden uitwrijven
  6. zouden uitwrijven
en verder
  1. ben uitgewreven
  2. bent uitgewreven
  3. is uitgewreven
  4. zijn uitgewreven
  5. zijn uitgewreven
  6. zijn uitgewreven
diversen
  1. wrijf uit!
  2. wrijft uit!
  3. uitgewreven
  4. uitwrijvend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for uitwrijven:

VerbRelated TranslationsOther Translations
ausreiben uitwrijven rondstrooien; uitzaaien; uitzenden; verbreiden; verbreider; verdeler; verspreiden; verstrooien

Wiktionary Translations for uitwrijven:


Cross Translation:
FromToVia
uitwrijven frottieren; reiben; abreiben frotterpasser une chose sur une autre à plusieurs reprises, en appuyer, en pressant.