Dutch

Detailed Translations for bewust maken from Dutch to German

bewust maken:

bewust maken verbe (maak bewust, maakt bewust, maakte bewust, maakten bewust, bewust gemaakt)

  1. bewust maken (kennisgeven van; informeren; zeggen)
    informieren; benachrichtigen; aufklären; aufmerksam machen; hinweisen; deklamieren
    • informieren verbe (informiere, informierst, informiert, informierte, informiertet, informiert)
    • benachrichtigen verbe (benachrichtige, benachrichtigst, benachrichtigt, benachrichtigte, benachrichtigtet, benachrichtigt)
    • aufklären verbe (kläre auf, klärst auf, klärt auf, klärte auf, klärtet auf, aufgeklärt)
    • aufmerksam machen verbe (mache aufmerksam, machst aufmerksam, macht aufmerksam, machte aufmerksam, machtet aufmerksam, aufmerksam gemacht)
    • hinweisen verbe (weise hin, weist hin, wies hin, wiest hin, hingewiesen)
    • deklamieren verbe (deklamiere, deklamierst, deklamiert, deklamierte, deklamiertet, deklamiert)

Conjugations for bewust maken:

o.t.t.
  1. maak bewust
  2. maakt bewust
  3. maakt bewust
  4. maken bewust
  5. maken bewust
  6. maken bewust
o.v.t.
  1. maakte bewust
  2. maakte bewust
  3. maakte bewust
  4. maakten bewust
  5. maakten bewust
  6. maakten bewust
v.t.t.
  1. heb bewust gemaakt
  2. hebt bewust gemaakt
  3. heeft bewust gemaakt
  4. hebben bewust gemaakt
  5. hebben bewust gemaakt
  6. hebben bewust gemaakt
v.v.t.
  1. had bewust gemaakt
  2. had bewust gemaakt
  3. had bewust gemaakt
  4. hadden bewust gemaakt
  5. hadden bewust gemaakt
  6. hadden bewust gemaakt
o.t.t.t.
  1. zal bewust maken
  2. zult bewust maken
  3. zal bewust maken
  4. zullen bewust maken
  5. zullen bewust maken
  6. zullen bewust maken
o.v.t.t.
  1. zou bewust maken
  2. zou bewust maken
  3. zou bewust maken
  4. zouden bewust maken
  5. zouden bewust maken
  6. zouden bewust maken
diversen
  1. maak bewust!
  2. maakt bewust!
  3. bewust gemaakt
  4. bewust makend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for bewust maken:

VerbRelated TranslationsOther Translations
aufklären bewust maken; informeren; kennisgeven van; zeggen accentueren; afdekken; afruimen; attenderen; begrijpelijk maken; belichten; in zedelijk opzicht zuiveren; klaren; kuisen; louteren; nader verklaren; ophelderen; opklaren; opruimen; reinigen; toelichten; uiteenzetten; uitleggen; verduidelijken; verhelderen; verklaren; wijzen; wolken verdwijnen
aufmerksam machen bewust maken; informeren; kennisgeven van; zeggen attenderen; wijzen
benachrichtigen bewust maken; informeren; kennisgeven van; zeggen attenderen; berichten; beschrijven; iets melden; inseinen; mededelen; uiteenzetten; verhalen; vertellen; waarschuwen; wijzen; zeggen
deklamieren bewust maken; informeren; kennisgeven van; zeggen babbelen; declameren; hoogdravend praten; kakelen; klappen; kletsen; kwebbelen; kwekken; kwetteren; oreren; praten; snateren; spreken; verhaal vertellen; verhalen; vertellen; wauwelen; zwammen
hinweisen bewust maken; informeren; kennisgeven van; zeggen attenderen; verwijzen; wijzen; wijzen naar
informieren bewust maken; informeren; kennisgeven van; zeggen attenderen; berichten; erbij zeggen; iets melden; informeren; inlichten; navraag doen; navragen; noemen; op de hoogte brengen; tippen; van iets in kennis stellen; vermelden; verwittigen; waarschuwen; wijzen

Related Translations for bewust maken