Summary
Dutch to German:   more detail...
  1. doorhebben:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for doorhebben from Dutch to German

doorhebben:

doorhebben verbe (heb door, hebt door, heeft door, had door, hadden door, doorgehad)

  1. doorhebben (doorzien)
    durchsehen; erkennen; durchschauen; kapieren
    • durchsehen verbe (durchsehe, durchsiehst, durchsieht, durchsah, durchsaht, durchgesehen)
    • erkennen verbe (erkenne, erkennst, erkennt, erkannte, erkanntet, erkannt)
    • durchschauen verbe (durchschaue, durchschaust, durchschaut, durchschaute, durchschautet, durchschaut)
    • kapieren verbe (kapiere, kapierst, kapiert, kapierte, kapiertet, kapiert)

Conjugations for doorhebben:

o.t.t.
  1. heb door
  2. hebt door
  3. heeft door
  4. hebben door
  5. hebben door
  6. hebben door
o.v.t.
  1. had door
  2. had door
  3. had door
  4. hadden door
  5. hadden door
  6. hadden door
v.t.t.
  1. heb doorgehad
  2. hebt doorgehad
  3. heeft doorgehad
  4. hebben doorgehad
  5. hebben doorgehad
  6. hebben doorgehad
v.v.t.
  1. had doorgehad
  2. had doorgehad
  3. had doorgehad
  4. hadden doorgehad
  5. hadden doorgehad
  6. hadden doorgehad
o.t.t.t.
  1. zal doorhebben
  2. zult doorhebben
  3. zal doorhebben
  4. zullen doorhebben
  5. zullen doorhebben
  6. zullen doorhebben
o.v.t.t.
  1. zou doorhebben
  2. zou doorhebben
  3. zou doorhebben
  4. zouden doorhebben
  5. zouden doorhebben
  6. zouden doorhebben
diversen
  1. heb door!
  2. hebt door!
  3. doorgehad
  4. doorhebbend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for doorhebben:

VerbRelated TranslationsOther Translations
durchschauen doorhebben; doorzien beginnen te snappen; begrijpen; beseffen; doorkrijgen; doorzien; doorzien hebben; erdoorheen kijken; erdoorheen zien; inzien; met het verstand vatten; onderkennen; realiseren; snappen
durchsehen doorhebben; doorzien beginnen te snappen; door kijken; doorkijken; doorkrijgen; erdoorheen kijken; erdoorheen zien; inkijken; inzien
erkennen doorhebben; doorzien begrijpen; bemerken; beseffen; bespeuren; doorzien; doorzien hebben; een ereteken geven; gewaarworden; inzien; merken; met het verstand vatten; onderkennen; onderscheiden; ontwaren; realiseren; snappen; te zien krijgen; van elkaar onderscheiden; voelen; waarnemen; zien
kapieren doorhebben; doorzien beginnen te snappen; begrijpen; beseffen; doorkrijgen; doorzien; doorzien hebben; inzien; met het verstand vatten; onderkennen; realiseren; snappen; verstaan

Wiktionary Translations for doorhebben:


Cross Translation:
FromToVia
doorhebben herausfinden figure out — come to understand