Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. opschudden:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for opschudden from Dutch to English

opschudden:

opschudden verbe

  1. opschudden
    to stir; to shake up
    • stir verbe (stirs, stirred, stirring)
    • shake up verbe (shakes up, shook up, shaking up)

Translation Matrix for opschudden:

NounRelated TranslationsOther Translations
shake up opschudding; opzien; sensatie; verwarring
stir geharrewar
VerbRelated TranslationsOther Translations
shake up opschudden agiteren; in beroering brengen; oppoken; opstoken
stir opschudden aanroeren; aanstippen; aanstoken; agiteren; beroeren; even aanraken; in beroering brengen; mixen; omroeren; oppoken; opstoken; roeren; rondroeren; toucheren; verroeren; zich bewegen

Wiktionary Translations for opschudden:

opschudden
verb
  1. schuddend ordenen