Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. contactlens:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for contactlens from Dutch to English

contactlens:

contactlens [de ~] nom

  1. de contactlens (lens)
    the lens
    the contact; the contact lens
    – a thin curved glass or plastic lens designed to fit over the cornea in order to correct vision or to deliver medication 1

Translation Matrix for contactlens:

NounRelated TranslationsOther Translations
contact contactlens; lens aansluiting; connectie; contact; contactpersoon; link; omgaan met mensen; omgang; onderling verband; relatie; samenhang; schakel; verband; verbinding; voeling
contact lens contactlens; lens
lens contactlens; lens

Related Words for "contactlens":

  • contactlenzen

Wiktionary Translations for contactlens:

contactlens
noun
  1. een zeer kleine glazen of kunststof lens die men direct op de oogbol plaatst ter vervanging van een bril
contactlens
noun
  1. thin lens placed directly on the eye