Dutch

Detailed Translations for problemen from Dutch to English

problemen:

problemen [de ~] nom, pluriel

  1. de problemen (sores; moeilijkheden; zorgen)
    the discomforts; the troubles; the problems; the misery
  2. de problemen (problematiek; kwesties)
    the issues; the problems
  3. de problemen (narigheden)
    the troubles; the problems; the miseries

Translation Matrix for problemen:

NounRelated TranslationsOther Translations
discomforts moeilijkheden; problemen; sores; zorgen
issues kwesties; problematiek; problemen belangen; de belangen
miseries narigheden; problemen ellendes
misery moeilijkheden; problemen; sores; zorgen ellende; kommer; kwel; leed; malheur; misère; moeilijkheden; ongeluk; onheil; onspoed; pech; pijn; ramp; rampspoed; tegenslag; tegenspoed; terugslag
problems kwesties; moeilijkheden; narigheden; problematiek; problemen; sores; zorgen beroeringen; defecten; kwestie; ongemakken; ongerieven; opgaaf; opgave; probleem; vraagstuk; zwaarte
troubles moeilijkheden; narigheden; problemen; sores; zorgen beroeringen; defecten; ongemakken; ongerieven

Related Words for "problemen":


Wiktionary Translations for problemen:

problemen
noun
  1. problems or troubles

problemen form of probleem:

probleem [het ~] nom

  1. het probleem (complicatie)
    the problem; the complication
  2. het probleem (hersenbreker; puzzel)
    the puzzle; the braintwister; the brainteaser; the riddle
  3. het probleem (kwestie; vraagstuk)
    the matter; the case; the question; the problem
  4. het probleem (moeilijkheid; narigheid; penarie)
    the difficulty
  5. het probleem (moeilijkheid; ingewikkeldheid)
    the difficulty; the problematical case; the task
  6. het probleem (opgave; vraagstuk; opgaaf; kwestie; zwaarte)
    the assignment; the problematical case; the summary; the statement; the question; the task; the problem; the problems

Translation Matrix for probleem:

NounRelated TranslationsOther Translations
assignment kwestie; opgaaf; opgave; probleem; vraagstuk; zwaarte aanwijzing; bevelschrift; consigne; dwangbevel; gunning; instructie; opdracht; order; taak; toewijzing; voorschrift
brainteaser hersenbreker; probleem; puzzel
braintwister hersenbreker; probleem; puzzel
case kwestie; probleem; vraagstuk aangelegenheid; aanvraag; affaire; behuizing; casus; contract; doos; etui; foedraal; geding; geval; issue; kist; kistje; koker; kokervormig doosje; krat; kratje; kwestie; la; lade; naamval; pennendoosje; pennenkoker; procedure; proces; proefpersoon; punt; rechtsgeding; rechtszaak; schuifla; schuiflade; taak; zaak
complication complicatie; probleem gecompliceerdheid; ingewikkeldheid
difficulty ingewikkeldheid; moeilijkheid; narigheid; penarie; probleem hinder; last; moeite; overlast; soesa
matter kwestie; probleem; vraagstuk aangelegenheid; affaire; artikel; bik; ding; feit; gebeurtenis; geval; goed; gruis; incident; item; kwestie; macadam; materie; metselspecie; mortel; object; puin; split; steengruis; steenslag; stof; substantie; voorval; voorwerp; zaak
problem complicatie; kwestie; opgaaf; opgave; probleem; vraagstuk; zwaarte geval; interpellatie; knik; probleemgeval; strubbeling; vraag
problematical case ingewikkeldheid; kwestie; moeilijkheid; opgaaf; opgave; probleem; vraagstuk; zwaarte geval; probleemgeval
problems kwestie; opgaaf; opgave; probleem; vraagstuk; zwaarte beroeringen; defecten; kwesties; moeilijkheden; narigheden; ongemakken; ongerieven; problematiek; problemen; sores; zorgen
puzzle hersenbreker; probleem; puzzel
question kwestie; opgaaf; opgave; probleem; vraagstuk; zwaarte geval; interpellatie; issue; kwestie; punt; vraag; zaak
riddle hersenbreker; probleem; puzzel raadsel
statement kwestie; opgaaf; opgave; probleem; vraagstuk; zwaarte aangifte; aantekening; bankafschrift; bekendmaking; bericht; bevestiging; beweren; bewering; boodschap; constatering; declaratie; financieel overzicht; frase; gewag; gezegde; instructie; lijst; mededeling; melding; meningsuiting; noot; notitie; opgave; opheldering; opnoeming; opschrijving; opsomming; overzicht; proces verbaal; rapport; rekeningoverzicht; relaas; staat; statement; stelling; tijding; toelichting; uitdrukking; uitlating; uitlegging; uitspraak; vaststelling; verklaring; vermelding; verwittiging; zegswijze; zin
summary kwestie; opgaaf; opgave; probleem; vraagstuk; zwaarte excerpt; extract; lijst; opnoeming; opsomming; resumé; samenvatting; staat; uittreksel
task ingewikkeldheid; kwestie; moeilijkheid; opgaaf; opgave; probleem; vraagstuk; zwaarte arbeid; job; karwei; karweitje; klusje; schoolopdracht; taak
- kwestie; moeilijkheid
VerbRelated TranslationsOther Translations
matter afzetten; uitdoen; uitmaken; uitschakelen; uitzetten
puzzle plussen; puzzelen; puzzels oplossen
question aanvechten; aarzelen; bestrijden; betwisten; doorvragen; doorzagen; interpelleren; ondervragen; overhoren; twijfelen; uithoren; uitvragen; verhoren; weifelen

Related Words for "probleem":


Synonyms for "probleem":


Related Definitions for "probleem":

  1. waar niet meteen een antwoord of een oplossing is1
    • het probleem is: we hebben geen koffie in huis1

Wiktionary Translations for probleem:

probleem
noun
  1. iets dat schade teweegbrengt of de voortgang van iets anders in de weg staat
probleem
noun
  1. a problem
  2. An accident, mistake, or problem
  3. difficulty
  4. schoolwork exercise
  5. puzzling circumstance
  6. -

Cross Translation:
FromToVia
probleem trouble; problem Problem — eine schwierige, noch ungelöste Aufgabe
probleem problem; trouble; issue problèmequestion scientifique à résoudre.

Related Translations for problemen