Summary
Dutch to Spanish:   more detail...
  1. omhouwen:


Dutch

Detailed Translations for omhouwen from Dutch to Spanish

omhouwen:

omhouwen verbe (houw om, houwt om, hieuw om, hieuwen om, omgehouwen)

  1. omhouwen
    cortar; talar

Conjugations for omhouwen:

o.t.t.
  1. houw om
  2. houwt om
  3. houwt om
  4. houwen om
  5. houwen om
  6. houwen om
o.v.t.
  1. hieuw om
  2. hieuw om
  3. hieuw om
  4. hieuwen om
  5. hieuwen om
  6. hieuwen om
v.t.t.
  1. heb omgehouwen
  2. hebt omgehouwen
  3. heeft omgehouwen
  4. hebben omgehouwen
  5. hebben omgehouwen
  6. hebben omgehouwen
v.v.t.
  1. had omgehouwen
  2. had omgehouwen
  3. had omgehouwen
  4. hadden omgehouwen
  5. hadden omgehouwen
  6. hadden omgehouwen
o.t.t.t.
  1. zal omhouwen
  2. zult omhouwen
  3. zal omhouwen
  4. zullen omhouwen
  5. zullen omhouwen
  6. zullen omhouwen
o.v.t.t.
  1. zou omhouwen
  2. zou omhouwen
  3. zou omhouwen
  4. zouden omhouwen
  5. zouden omhouwen
  6. zouden omhouwen
diversen
  1. houw om!
  2. houwt om!
  3. omgehouwen
  4. omhouwend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for omhouwen:

NounRelated TranslationsOther Translations
cortar afhakken; afhouwen; afknippen; afsnijden; kappen; omhakken; vellen
talar kappen; omhakken; vellen
VerbRelated TranslationsOther Translations
cortar omhouwen afbreken; afhakken; afhouwen; afkappen; afknippen; afknotten; afsluiten; afsnijden; bijknippen; coifferen; concluderen; couperen; creneleren; dichtdoen; doen ophouden; doorhakken; doorhouwen; doorklieven; doorknippen; doormidden hakken; doorsnijden; een beetje knippen; een gevolgtrekking maken; fijnhakken; grootspreken; hakken; in stukken hakken; in tweeën houwen; insnijden; kappen; kleinhakken; kleinmaken; klieven; kloven; knippen; kort knippen; kort maken; korten; lossnijden; onderbreken; opensnijden; opmaken uit; opscheppen; opsnijden; scheiden; snijden; snoeven; splitsen; uit elkaar halen; uiteenhalen; uitknippen; wegknippen; wegsnijden; wegsnoeien
talar omhouwen bomen kappen; hakken; houwen; kappen; omhakken; ontbomen; ontbossen; vellen
Not SpecifiedRelated TranslationsOther Translations
cortar knippen