Dutch

Detailed Translations for zegel from Dutch to French

zegel:

zegel [de ~ (m)] nom

  1. de zegel (inktstempel; stempel)
    l'estampe; le cachet; le tampon; le poinçon; le sceau; l'empreinte; l'estampille; la marque; le choix; le timbre; le cachet à cire; le garant; le cachet de cire; la garantie de qualité; la garantie; la garantie d'authenticité
  2. de zegel (plakzegel)
    le sceau; le cachet; le timbre; le timbre-quittance
  3. de zegel (spaarzegel)
    le timbre; le timbre d'épargne

Translation Matrix for zegel:

NounRelated TranslationsOther Translations
cachet inktstempel; plakzegel; stempel; zegel afstempelen; arbeidsloon; beloning; bezoldiging; eigenschap; gage; honorarium; karakteristiek; karaktertrek; kenmerk; lakstempel; lakzegel; loon; salaris; soldij; stempelen; stigma; traktement; verdienste; vergoeding; wedde; zegelafdruk
cachet de cire inktstempel; stempel; zegel lakstempel; lakzegel
cachet à cire inktstempel; stempel; zegel
choix inktstempel; stempel; zegel assortiment; collectie; keur; keus; keuze; keuzemogelijkheid; museumcollectie; optie; schifting; selectie; smaak; sortering; sortiment; uitverkiezing; verkiezing; voorkeur; voorliefde
empreinte inktstempel; stempel; zegel afdruk; afdruksel; ets; gravure; hielspoor; indruk; kwaliteitsmerk; plaat; print; waarmerk
estampe inktstempel; stempel; zegel afdruk; ets; gravure; kwaliteitsmerk; plaat; print; waarmerk
estampille inktstempel; stempel; zegel ijk; ijking; ijkmerk; keurmerk; keurstempel
garant inktstempel; stempel; zegel borg; borger; borgsom; cautie; garant; garantie; gratis service; onderpand; pand; waarborg; waarborger; waarborging; waarborgsom
garantie inktstempel; stempel; zegel beslistheid; garantie; garantiebewijs; gratis service; keur; onderpand; onderpanden; pertinentie; securiteit; standvastigheid; stelligheid; vastberadenheid; vrijwaring; waarborg; waarborgsom; zekerheidstelling
garantie d'authenticité inktstempel; stempel; zegel kwaliteitsmerk; waarmerk
garantie de qualité inktstempel; stempel; zegel
marque inktstempel; stempel; zegel beeldmerk; bewijs; blijk; brandteken; decoratie; eigenschap; ereteken; etiket; gebaar; geste; handelsmerk; handelsnaam; herkenningsteken; iemand kenmerken; karakterisering; karakteristiek; karaktertrek; kenmerk; kenteken; label; logo; merk; merknaam; merkteken; nummerplaat; onderscheiding; onderscheidingsteken; ridderorde; signaal; stigma; striem; teken; typering; warenmerk
poinçon inktstempel; stempel; zegel drevel; eigenschap; elsbes; handelsmerk; handelsnaam; karakteristiek; karaktertrek; kenmerk; keur; pons; priem; stigma; waarborg; warenmerk
sceau inktstempel; plakzegel; stempel; zegel eigenschap; handelsmerk; handelsnaam; karakteristiek; karaktertrek; kenmerk; stigma; warenmerk; zegelafdruk
tampon inktstempel; stempel; zegel buffer; dot watten; tampon
timbre inktstempel; plakzegel; spaarzegel; stempel; zegel einder; gezichtseinder; horizon; intonatie; kim; klank; klankgeluid; klankkleur; klanktint; stemgeluid; timbre; toon; toonkleur
timbre d'épargne spaarzegel; zegel
timbre-quittance plakzegel; zegel kwitantiezegel
Not SpecifiedRelated TranslationsOther Translations
choix keuze

Related Words for "zegel":

  • zegelen, zegels, zegeltje, zegeltjes

Wiktionary Translations for zegel:

zegel
noun
  1. Traductions à trier suivant le sens
  2. (En particulier) Petit morceau de papier portant l’effigie du souverain, ou une autre marque, et qui sert à l’affranchissement des lettres envoyées par la poste.

Cross Translation:
FromToVia
zegel sceau bull — seal
zegel sceau seal — pattern, design

Related Translations for zegel