Summary
Dutch to French:   more detail...
  1. angel:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for angel from Dutch to French

angel:

angel [de ~ (m)] nom

  1. de angel (gifangel)
    l'hameçon; le dard; l'ardillon
  2. de angel (vishaak; weerhaak)
    l'hameçon; l'ardillon; le dard; l'agrafe; le crampon

Translation Matrix for angel:

NounRelated TranslationsOther Translations
agrafe angel; vishaak; weerhaak klem; klinknagel; krammetje; nagel; nietje; spijker; tang
ardillon angel; gifangel; vishaak; weerhaak
crampon angel; vishaak; weerhaak klem; klemhaak; klinknagel; kram; nagel; spijker
dard angel; gifangel; vishaak; weerhaak
hameçon angel; gifangel; vishaak; weerhaak hoek; hoekstoot

Related Words for "angel":

  • angels, angeltje, angeltjes

Wiktionary Translations for angel:

angel
noun
  1. het orgaan waarmee wespen, bijen en soortgelijke dieren steken
  2. een vishaak
angel
noun
  1. pointe de fer qui est au bout d’un grand bâton utilisée pour piqueraiguillonner — le bétail afin de le faire avancer.
  2. Crochet