Summary
Dutch to French:   more detail...
  1. ontucht:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for ontucht from Dutch to French

ontucht:

ontucht [de ~] nom

  1. de ontucht
    la débauche

Translation Matrix for ontucht:

NounRelated TranslationsOther Translations
débauche ontucht bandeloosheid; buitensporigheid; grenzeloosheid; immoraliteit; liederlijkheid; losbandigheid; mateloosheid; onzedelijkheid; uitspatting; woede-uitbarsting; zedeloosheid

Wiktionary Translations for ontucht:

ontucht
noun
  1. seks die tegen de heersende moraal ingaat
ontucht
Cross Translation:
FromToVia
ontucht fornication fornication — sexual intercourse, especially on the part of an unmarried person
ontucht impudicité Unzuchtveraltend: sexuelles Verhalten, das gegen das sittliche Empfinden einer Gesellschaft verstößt; illegitimer Geschlechtsverkehr