Summary
Dutch to French:   more detail...
  1. geweld:
  2. wellen:
  3. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for geweld from Dutch to French

geweld:

geweld [het ~] nom

  1. het geweld
    la violence; la force; la contrainte
  2. het geweld
    la violence

Translation Matrix for geweld:

NounRelated TranslationsOther Translations
contrainte geweld aanwijzing; bedwang; beperking; bevelschrift; consigne; dwangbevel; gereserveerdheid; instructie; opdracht; order; taak; terughoudendheid; voorschrift
force geweld aandrift; daadkracht; doortastendheid; druk; dwang; dynamiek; energie; esprit; felheid; fermheid; fiksheid; flinkheid; forsheid; fut; heftigheid; hevigheid; impuls; intensiteit; invloed; kracht; krachtdadigheid; macht; momentum; pressie; prikkel; puf; sterkte; stevigheid; stimulans; vermogen; werklust
violence geweld agressiviteit; driftigheid; felheid; gewelddaad; gewelddadigheid; geweldpleging; heftigheid; hevigheid; intensiteit; kracht; mishandeling; molestatie

Related Definitions for "geweld":

  1. herrie of lawaai1
    • met donderend geweld stortte het gebouw in1
  2. ruwe kracht of dwang1
    • met geweld heeft de politie hem meegenomen1

Wiktionary Translations for geweld:

geweld
noun
  1. elke kracht van meer dan geringe betekenis uitgeoefend op personen, goederen of zaken
geweld
Cross Translation:
FromToVia
geweld violence Gewaltohne Plural: erhebliche oder übermäßige Kraft, dies bei gezieltem Tun gegen Widerstände, oft ohne Legitimation
geweld violence violence — extreme force

geweld form of wellen:

wellen verbe (wel, welt, welde, welden, geweld)

  1. wellen (borrelen)
    sourdre; jaillir
    • sourdre verbe
    • jaillir verbe (jaillis, jaillit, jaillissons, jaillissez, )

Conjugations for wellen:

o.t.t.
  1. wel
  2. welt
  3. welt
  4. wellen
  5. wellen
  6. wellen
o.v.t.
  1. welde
  2. welde
  3. welde
  4. welden
  5. welden
  6. welden
v.t.t.
  1. ben geweld
  2. bent geweld
  3. is geweld
  4. zijn geweld
  5. zijn geweld
  6. zijn geweld
v.v.t.
  1. was geweld
  2. was geweld
  3. was geweld
  4. waren geweld
  5. waren geweld
  6. waren geweld
o.t.t.t.
  1. zal wellen
  2. zult wellen
  3. zal wellen
  4. zullen wellen
  5. zullen wellen
  6. zullen wellen
o.v.t.t.
  1. zou wellen
  2. zou wellen
  3. zou wellen
  4. zouden wellen
  5. zouden wellen
  6. zouden wellen
diversen
  1. wel!
  2. welt!
  3. geweld
  4. wellend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for wellen:

NounRelated TranslationsOther Translations
jaillir opwellen
VerbRelated TranslationsOther Translations
jaillir borrelen; wellen flitsen; in het hoofd opkomen; lichten; oplichten; opwellen; spatten; spetteren; vlammen; vlammen uitslaan
sourdre borrelen; wellen

Related Words for "wellen":


Wiktionary Translations for wellen:

wellen
Cross Translation:
FromToVia
wellen braser; souder weld — to join materials (especially metals) by applying heat

Related Translations for geweld