Summary


Dutch

Detailed Translations for verjaard from Dutch to French

verjaard:

verjaard adj

  1. verjaard

Translation Matrix for verjaard:

ModifierRelated TranslationsOther Translations
périmé verjaard armoedig; flodderig; haveloos; nietig; ongeldig; onmodern; ouderwets; ouderwetse; pover; schamel; sjofel; sjofeltjes; verlopen; verouderd

verjaren:

verjaren verbe (verjaar, verjaart, verjaarde, verjaarden, verjaard)

  1. verjaren (verjaardag vieren)

Conjugations for verjaren:

o.t.t.
  1. verjaar
  2. verjaart
  3. verjaart
  4. verjaren
  5. verjaren
  6. verjaren
o.v.t.
  1. verjaarde
  2. verjaarde
  3. verjaarde
  4. verjaarden
  5. verjaarden
  6. verjaarden
v.t.t.
  1. ben verjaard
  2. bent verjaard
  3. is verjaard
  4. zijn verjaard
  5. zijn verjaard
  6. zijn verjaard
v.v.t.
  1. was verjaard
  2. was verjaard
  3. was verjaard
  4. waren verjaard
  5. waren verjaard
  6. waren verjaard
o.t.t.t.
  1. zal verjaren
  2. zult verjaren
  3. zal verjaren
  4. zullen verjaren
  5. zullen verjaren
  6. zullen verjaren
o.v.t.t.
  1. zou verjaren
  2. zou verjaren
  3. zou verjaren
  4. zouden verjaren
  5. zouden verjaren
  6. zouden verjaren
diversen
  1. verjaar!
  2. verjaart!
  3. verjaard
  4. verjarend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for verjaren:

VerbRelated TranslationsOther Translations
célébrer son anniversaire verjaardag vieren; verjaren
fêter son anniversaire verjaardag vieren; verjaren