Summary
Dutch to French:   more detail...
  1. verwaarlozen:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for verwaarlozen from Dutch to French

verwaarlozen:

verwaarlozen verbe (verwaarloos, verwaarloost, verwaarloosde, verwaarloosden, verwaarloosd)

  1. verwaarlozen (versloffen)
    négliger
    • négliger verbe (néglige, négliges, négligeons, négligez, )
  2. verwaarlozen (wegcijferen)
    écarter; faire abstraction de; rejeter; négliger; éliminer
    • écarter verbe (écarte, écartes, écartons, écartez, )
    • rejeter verbe (rejette, rejettes, rejetons, rejetez, )
    • négliger verbe (néglige, négliges, négligeons, négligez, )
    • éliminer verbe (élimine, élimines, éliminons, éliminez, )

Conjugations for verwaarlozen:

o.t.t.
  1. verwaarloos
  2. verwaarloost
  3. verwaarloost
  4. verwaarlozen
  5. verwaarlozen
  6. verwaarlozen
o.v.t.
  1. verwaarloosde
  2. verwaarloosde
  3. verwaarloosde
  4. verwaarloosden
  5. verwaarloosden
  6. verwaarloosden
v.t.t.
  1. heb verwaarloosd
  2. hebt verwaarloosd
  3. heeft verwaarloosd
  4. hebben verwaarloosd
  5. hebben verwaarloosd
  6. hebben verwaarloosd
v.v.t.
  1. had verwaarloosd
  2. had verwaarloosd
  3. had verwaarloosd
  4. hadden verwaarloosd
  5. hadden verwaarloosd
  6. hadden verwaarloosd
o.t.t.t.
  1. zal verwaarlozen
  2. zult verwaarlozen
  3. zal verwaarlozen
  4. zullen verwaarlozen
  5. zullen verwaarlozen
  6. zullen verwaarlozen
o.v.t.t.
  1. zou verwaarlozen
  2. zou verwaarlozen
  3. zou verwaarlozen
  4. zouden verwaarlozen
  5. zouden verwaarlozen
  6. zouden verwaarlozen
diversen
  1. verwaarloos!
  2. verwaarloost!
  3. verwaarloosd
  4. verwaarlozend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for verwaarlozen:

VerbRelated TranslationsOther Translations
faire abstraction de verwaarlozen; wegcijferen
négliger versloffen; verwaarlozen; wegcijferen links laten liggen; nalaten; negeren; slordig maken; verloederen; veronachtzamen; verslonzen; verzaken; verzuimen
rejeter verwaarlozen; wegcijferen abstineren; afketsen; afschepen; afschuiven; afslaan; afstemmen; afweren; afwijzen; afwimpelen; bedanken; danken; declineren; laten passeren; onthouden; spruiten; teruggooien; terugwerpen; terugwijzen; uitschieten; uitschieten plantkunde; verdedigen; versmaden; verstoten; vertikken; verweren; verwerpen; wegstemmen; wegsturen; weigeren; weren
écarter verwaarlozen; wegcijferen afdanken; afhouden; afkeren; afnemen; afwenden; afweren; afzonderen; ecarteren; evacueren; leegruimen; lichten; ontruimen; opensperren; pareren; spreidbeweging; terughouden; verdedigen; verplaatsen; vervreemden; verweren; verwijderen; wegbrengen; wegdoen; weghalen; wegnemen; wegwerken; weren
éliminer verwaarlozen; wegcijferen buitensluiten; uitsluiten

Antonyms for "verwaarlozen":


Related Definitions for "verwaarlozen":

  1. er niet langer aandacht of zorg aan besteden1
    • die moeder verwaarloost haar kinderen1

Wiktionary Translations for verwaarlozen:

verwaarlozen
verb
  1. iets niet de benodigde verzorging schenken
verwaarlozen
Cross Translation:
FromToVia
verwaarlozen négliger neglect — disregard