Dutch
Detailed Synonyms for desondanks in Dutch
desondanks:
-
desondanks
desalniettemin; desondanks; toch; niettegenstaande; evengoed-
desalniettemin adv
-
desondanks adj
-
toch adv
-
niettegenstaande adj
-
evengoed adv
-
-
desondanks
desondanks; toch; evenwel; nochtans; niettemin-
desondanks adj
-
toch adv
-
evenwel adj
-
nochtans adj
-
niettemin adj
-
-
desondanks
– ondanks dat 1