Dutch

Detailed Synonyms for schouwen in Dutch

schouwen:

schouwen verbe (schouw, schouwt, schouwde, schouwden, geschouwd)

  1. schouwen
    controleren; inspecteren; examineren; schouwen; keuren
    • controleren verbe (controleer, controleert, controleerde, controleerden, gecontroleerd)
    • inspecteren verbe (inspecteer, inspecteert, inspecteerde, inspecteerden, geïnspecteerd)
    • examineren verbe (examineer, examineert, examineerde, examineerden, geëxamineerd)
    • schouwen verbe (schouw, schouwt, schouwde, schouwden, geschouwd)
    • keuren verbe (keur, keurt, keurde, keurden, gekeurd)
  2. schouwen
    kijken; toeschouwen; schouwen
    • kijken verbe (kijk, kijkt, keek, keken, gekeken)
    • toeschouwen verbe (schouw toe, schouwt toe, schouwde toe, schouwden toe, toegeschouwd)
    • schouwen verbe (schouw, schouwt, schouwde, schouwden, geschouwd)

Conjugations for schouwen:

o.t.t.
  1. schouw
  2. schouwt
  3. schouwt
  4. schouwen
  5. schouwen
  6. schouwen
o.v.t.
  1. schouwde
  2. schouwde
  3. schouwde
  4. schouwden
  5. schouwden
  6. schouwden
v.t.t.
  1. heb geschouwd
  2. hebt geschouwd
  3. heeft geschouwd
  4. hebben geschouwd
  5. hebben geschouwd
  6. hebben geschouwd
v.v.t.
  1. had geschouwd
  2. had geschouwd
  3. had geschouwd
  4. hadden geschouwd
  5. hadden geschouwd
  6. hadden geschouwd
o.t.t.t.
  1. zal schouwen
  2. zult schouwen
  3. zal schouwen
  4. zullen schouwen
  5. zullen schouwen
  6. zullen schouwen
o.v.t.t.
  1. zou schouwen
  2. zou schouwen
  3. zou schouwen
  4. zouden schouwen
  5. zouden schouwen
  6. zouden schouwen
en verder
  1. ben geschouwd
  2. bent geschouwd
  3. is geschouwd
  4. zijn geschouwd
  5. zijn geschouwd
  6. zijn geschouwd
diversen
  1. schouw!
  2. schouwt!
  3. geschouwd
  4. schouwend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

schouwen [de ~] nom, pluriel

  1. de schouwen
    de schouwen; de schoorsteenpijpen; de schoorstenen

Related Words for "schouwen":


schouw:

schouw [de ~ (m)] nom

  1. de schouw
    de schoorsteen; de schouw; de schoorsteenmantel
  2. de schouw
    openhaard; de schouw

Related Words for "schouw":