Dutch

Detailed Synonyms for vertonen in Dutch

vertonen:

vertonen verbe (vertoon, vertoont, vertoonde, vertoonden, vertoond)

  1. vertonen
    tonen; vertonen; tentoonstellen; exposeren
    • tonen verbe (toon, toont, toonde, toonden, getoond)
    • vertonen verbe (vertoon, vertoont, vertoonde, vertoonden, vertoond)
    • tentoonstellen verbe (stel tentoon, stelt tentoon, stelde tentoon, stelden tentoon, tentoongesteld)
    • exposeren verbe (exposeer, exposeert, exposeerde, exposeerden, geëxposeerd)
  2. vertonen
    vertonen; tonen; exposeren; tentoonstellen; voor ogen brengen
    • vertonen verbe (vertoon, vertoont, vertoonde, vertoonden, vertoond)
    • tonen verbe (toon, toont, toonde, toonden, getoond)
    • exposeren verbe (exposeer, exposeert, exposeerde, exposeerden, geëxposeerd)
    • tentoonstellen verbe (stel tentoon, stelt tentoon, stelde tentoon, stelden tentoon, tentoongesteld)
  3. vertonen
    presenteren; laten zien; tonen; vertonen
    • presenteren verbe (presenteer, presenteert, presenteerde, presenteerden, gepresenteerd)
    • laten zien verbe (laat zien, liet zien, lieten zien, laten zien)
    • tonen verbe (toon, toont, toonde, toonden, getoond)
    • vertonen verbe (vertoon, vertoont, vertoonde, vertoonden, vertoond)
  4. vertonen
    – het laten zien, zichtbaar maken 1
    vertonen
    – het laten zien, zichtbaar maken 1
    • vertonen verbe (vertoon, vertoont, vertoonde, vertoonden, vertoond)
      • in die bioscoop vertonen ze de nieuwste films1
  5. vertonen
    – je laten zien 1
    vertonen
    – je laten zien 1
    • vertonen verbe (vertoon, vertoont, vertoonde, vertoonden, vertoond)
      • hij kan zich met dit kapsel niet op straat vertonen1

Conjugations for vertonen:

o.t.t.
  1. vertoon
  2. vertoont
  3. vertoont
  4. vertonen
  5. vertonen
  6. vertonen
o.v.t.
  1. vertoonde
  2. vertoonde
  3. vertoonde
  4. vertoonden
  5. vertoonden
  6. vertoonden
v.t.t.
  1. heb vertoond
  2. hebt vertoond
  3. heeft vertoond
  4. hebben vertoond
  5. hebben vertoond
  6. hebben vertoond
v.v.t.
  1. had vertoond
  2. had vertoond
  3. had vertoond
  4. hadden vertoond
  5. hadden vertoond
  6. hadden vertoond
o.t.t.t.
  1. zal vertonen
  2. zult vertonen
  3. zal vertonen
  4. zullen vertonen
  5. zullen vertonen
  6. zullen vertonen
o.v.t.t.
  1. zou vertonen
  2. zou vertonen
  3. zou vertonen
  4. zouden vertonen
  5. zouden vertonen
  6. zouden vertonen
diversen
  1. vertoon!
  2. vertoont!
  3. vertoond
  4. vertonend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Related Definitions for "vertonen":

  1. het laten zien, zichtbaar maken1
    • in die bioscoop vertonen ze de nieuwste films1
  2. je laten zien1
    • hij kan zich met dit kapsel niet op straat vertonen1

Related Synonyms for vertonen