Summary
German to Dutch:   more detail...
  1. einstimmen:


German

Detailed Translations for einstimmen from German to Dutch

einstimmen:

einstimmen verbe

  1. einstimmen
    instemmen; rugsteunen; bijvallen; steunen
    • instemmen verbe (stem in, stemt in, stemde in, stemden in, ingestemd)
    • rugsteunen verbe
    • bijvallen verbe (val bij, valt bij, viel bij, vielen bij, bijgevallen)
    • steunen verbe (steun, steunt, steunde, steunden, gesteund)

Translation Matrix for einstimmen:

NounRelated TranslationsOther Translations
instemmen Einstimmung; Zustimmung
steunen Abstützen; Seufzen; Stützen; Ächzen
VerbRelated TranslationsOther Translations
bijvallen einstimmen beifallen; beipflichten; recht geben
instemmen einstimmen beipflichten; beistimmen; einverstanden sein mit; einwilligen; einwilligen mit; zustimmen
rugsteunen einstimmen beistehen; stützen; unterstützen
steunen einstimmen abstützen; beifallen; beipflichten; beistehen; entlasten; recht geben; stöhnen; stützen; unterstützen; wehklagen; wimmern; winseln

Synonyms for "einstimmen":


Related Translations for einstimmen