Summary
German to Dutch:   more detail...
  1. erwachsen:
  2. Wiktionary:


German

Detailed Translations for erwachsen from German to Dutch

erwachsen:


Translation Matrix for erwachsen:

AdjectiveRelated TranslationsOther Translations
volgroeid ausgewachsen; entwickelt; erwachsen; heiratsfähig
volwassen ausgewachsen; entwickelt; erwachsen; heiratsfähig
ModifierRelated TranslationsOther Translations
uitgegroeid ausgewachsen; entwickelt; erwachsen; heiratsfähig

Synonyms for "erwachsen":


Wiktionary Translations for erwachsen:

erwachsen
adjective
  1. volwassen
  2. een leeftijd bereikt hebbend waarop men volgroeid en onafhankelijk kan zijn

Cross Translation:
FromToVia
erwachsen volwassen; groot; volgroeid adulte — Qui a terminé sa puberté, dépassé l'adolescence.

External Machine Translations:

Related Translations for erwachsen