Summary
French to Dutch:   more detail...
  1. passer un interrogatoire:


French

Detailed Translations for passer un interrogatoire from French to Dutch

passer un interrogatoire:

passer un interrogatoire verbe

  1. passer un interrogatoire (interroger; scier; questionner; interpeller; lessiver)
    doorvragen; uitvragen; doorzagen
    • doorvragen verbe
    • uitvragen verbe (vraag uit, vraagt uit, vraagde uit, vraagden uit, uitgevraagd)
    • doorzagen verbe (doorzaag, doorzaagt, doorzaagde, doorzaagden, doorzaagd)

Translation Matrix for passer un interrogatoire:

VerbRelated TranslationsOther Translations
doorvragen interpeller; interroger; lessiver; passer un interrogatoire; questionner; scier
doorzagen interpeller; interroger; lessiver; passer un interrogatoire; questionner; scier
uitvragen interpeller; interroger; lessiver; passer un interrogatoire; questionner; scier interroger; questionner

Related Translations for passer un interrogatoire