Summary
Dutch to German:   more detail...
  1. betrachten:


Dutch

Detailed Translations for betrachten from Dutch to German

betrachten:

betrachten verbe (betracht, betrachtte, betrachtten, betracht)

  1. betrachten (proberen)
    versuchen; probieren; erfüllen
    • versuchen verbe (versuche, versuchst, versucht, versuchte, versuchtet, versucht)
    • probieren verbe (probiere, probierst, probiert, probierte, probiertet, probiert)
    • erfüllen verbe (erfülle, erfüllst, erfüllt, erfüllte, erfülltet, erfüllt)

Conjugations for betrachten:

o.t.t.
  1. betracht
  2. betracht
  3. betracht
  4. betrachten
  5. betrachten
  6. betrachten
o.v.t.
  1. betrachtte
  2. betrachtte
  3. betrachtte
  4. betrachtten
  5. betrachtten
  6. betrachtten
v.t.t.
  1. heb betracht
  2. hebt betracht
  3. heeft betracht
  4. hebben betracht
  5. hebben betracht
  6. hebben betracht
v.v.t.
  1. had betracht
  2. had betracht
  3. had betracht
  4. hadden betracht
  5. hadden betracht
  6. hadden betracht
o.t.t.t.
  1. zal betrachten
  2. zult betrachten
  3. zal betrachten
  4. zullen betrachten
  5. zullen betrachten
  6. zullen betrachten
o.v.t.t.
  1. zou betrachten
  2. zou betrachten
  3. zou betrachten
  4. zouden betrachten
  5. zouden betrachten
  6. zouden betrachten
diversen
  1. betracht!
  2. betracht!
  3. betracht
  4. betrachtend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for betrachten:

VerbRelated TranslationsOther Translations
erfüllen betrachten; proberen doen; een prestatie leveren; functioneren; handelen; presteren; uitrichten; uitvoeren; verrichten
probieren betrachten; proberen aanproberen; beproeven; op de proef stellen; passen; pogen; proberen; trachten; uitproberen
versuchen betrachten; proberen in verzoeking brengen

External Machine Translations: