Summary
Dutch to German:   more detail...
  1. condoleren:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for condoleren from Dutch to German

condoleren:

condoleren verbe (condoleer, condoleert, condoleerde, condoleerden, gecondoleerd)

  1. condoleren (medeleven betuigen)
    teilhaben; mitfühlen; bedauern; mitleiden; beklagen; klagen
    • teilhaben verbe (habe teil, hast teil, hat teil, hatte teil, hattet teil, teilgehabt)
    • mitfühlen verbe (fühle mit, fühlst mit, fühlt mit, fühlte mit, fühltet mit, mitgefühlt)
    • bedauern verbe (bedauere, bedauerst, bedauert, bedauerte, bedauertet, bedauert)
    • mitleiden verbe (leide mit, leidest mit, leidet mit, litt mit, littet mit, mitgelitten)
    • beklagen verbe (beklage, beklagst, beklagt, beklagte, beklagtet, beklagt)
    • klagen verbe (klage, klagst, klagt, klagte, klagtet, geklagt)

Conjugations for condoleren:

o.t.t.
  1. condoleer
  2. condoleert
  3. condoleert
  4. condoleren
  5. condoleren
  6. condoleren
o.v.t.
  1. condoleerde
  2. condoleerde
  3. condoleerde
  4. condoleerden
  5. condoleerden
  6. condoleerden
v.t.t.
  1. heb gecondoleerd
  2. hebt gecondoleerd
  3. heeft gecondoleerd
  4. hebben gecondoleerd
  5. hebben gecondoleerd
  6. hebben gecondoleerd
v.v.t.
  1. had gecondoleerd
  2. had gecondoleerd
  3. had gecondoleerd
  4. hadden gecondoleerd
  5. hadden gecondoleerd
  6. hadden gecondoleerd
o.t.t.t.
  1. zal condoleren
  2. zult condoleren
  3. zal condoleren
  4. zullen condoleren
  5. zullen condoleren
  6. zullen condoleren
o.v.t.t.
  1. zou condoleren
  2. zou condoleren
  3. zou condoleren
  4. zouden condoleren
  5. zouden condoleren
  6. zouden condoleren
en verder
  1. ben gecondoleerd
  2. bent gecondoleerd
  3. is gecondoleerd
  4. zijn gecondoleerd
  5. zijn gecondoleerd
  6. zijn gecondoleerd
diversen
  1. condoleer!
  2. condoleert!
  3. gecondoleerd
  4. condolerend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for condoleren:

VerbRelated TranslationsOther Translations
bedauern condoleren; medeleven betuigen betreuren; meeleven; meevoelen; spijten
beklagen condoleren; medeleven betuigen beklagen; betreuren; medelijden hebben; spijten
klagen condoleren; medeleven betuigen bezwaar aantekenen; bezwaar maken; bezwaren; een klacht indienen; eisen; etteren; griepen; jammeren; jeremiëren; klagen; klieren; misnoegen uiten; over iets mopperen; reclameren; weeklagen; zeiken; zeuren; zich beklagen; zijn beklag indienen
mitfühlen condoleren; medeleven betuigen medeleven; meeleven; meevoelen
mitleiden condoleren; medeleven betuigen
teilhaben condoleren; medeleven betuigen deelnemen; meedoen; meeleven; meevoelen; participeren

Wiktionary Translations for condoleren:

condoleren
verb
  1. betuiging tonen van rouwbeklag