Dutch

Detailed Translations for intensiteit from Dutch to German

intensiteit:

intensiteit [de ~ (v)] nom

  1. de intensiteit (hevigheid; kracht; heftigheid; felheid)
    die Stärke; die Intensität; die Heftigkeit; der Eifer; die Schärfe; die Leidenschaftlichkeit; die Inbrunst; die Brunst; Ungestüm; die Stachlichkeit; die Bissigkeit; die Grimmigkeit
  2. de intensiteit
    die Sättigung

Translation Matrix for intensiteit:

NounRelated TranslationsOther Translations
Bissigkeit felheid; heftigheid; hevigheid; intensiteit; kracht bitsheid; bitsigheid; felheid; gedrevenheid; kattigheid; pinnigheid; snibbigheid; vinnigheid
Brunst felheid; heftigheid; hevigheid; intensiteit; kracht
Eifer felheid; heftigheid; hevigheid; intensiteit; kracht activiteit; ambitie; arbeid; aspiratie; bedrijvigheid; bezigheid; eerzucht; felheid; gedrevenheid; genoegen; genot; ijver; ijverigheid; jool; leut; lust; naarstigheid; nijverheid; noestigheid; plezier; pret; streven; vlijt; vlijtigheid; voortvarendheid; werklust; werkzaamheid
Grimmigkeit felheid; heftigheid; hevigheid; intensiteit; kracht dolheid; felheid; furie; gedrevenheid; grimmigheid; razernij
Heftigkeit felheid; heftigheid; hevigheid; intensiteit; kracht bitsheid; driftigheid; felheid; gedrevenheid; heftigheid; kattigheid; onbeheerstheid; onbesuisdheid; vinnigheid
Inbrunst felheid; heftigheid; hevigheid; intensiteit; kracht aandrift; daadkracht; drift; energie; esprit; fut; genoegen; genot; kracht; lust; momentum; puf; wellust; werklust
Intensität felheid; heftigheid; hevigheid; intensiteit; kracht felheid; gedrevenheid
Leidenschaftlichkeit felheid; heftigheid; hevigheid; intensiteit; kracht aandrift; drift; driftigheid; felheid; gedrevenheid; heftigheid; instinct
Schärfe felheid; heftigheid; hevigheid; intensiteit; kracht bijterigheid; bitsheid; doorzicht; felheid; gedrevenheid; het bijtende; het nare; inzicht; kattigheid; puntig zijn; puntigheid; schamperheid; scherpheid; scherpte; snijkant; spitsheid; vinnigheid
Stachlichkeit felheid; heftigheid; hevigheid; intensiteit; kracht bitsheid; bitsigheid; felheid; gedrevenheid; geprikkeldheid; geraaktheid; kattigheid; lichtgeraaktheid; prikkelbaarheid; vinnigheid
Stärke felheid; heftigheid; hevigheid; intensiteit; kracht corpulentie; felheid; gedrevenheid; gelegenheden; gewicht; gezetheid; kansen; kracht; lijvigheid; macht; mogelijkheid; mogelijkheid tot verwezenlijking; potentie; sterke kant; sterke zijde; sterkte; stijfsel; vermogen; zetmeel; zwaarlijvigheid; zwaarte
Sättigung intensiteit verzadiging
Ungestüm felheid; heftigheid; hevigheid; intensiteit; kracht felheid; gedrevenheid; onbeheerstheid; onbesuisdheid; onstuimigheid; turbulentie; woeligheid

Related Words for "intensiteit":

  • intensiteiten

Wiktionary Translations for intensiteit:

intensiteit
noun
  1. sterkte