Summary
Dutch to German:   more detail...
  1. inzepen:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for inzepen from Dutch to German

inzepen:

inzepen verbe (zeep in, zeept in, zeepte in, zeepten in, ingezeept)

  1. inzepen (zepen)
    einseifen
    • einseifen verbe (seife ein, seifst ein, seift ein, seifte ein, seiftet ein, eingeseift)

Conjugations for inzepen:

o.t.t.
  1. zeep in
  2. zeept in
  3. zeept in
  4. zepen in
  5. zepen in
  6. zepen in
o.v.t.
  1. zeepte in
  2. zeepte in
  3. zeepte in
  4. zeepten in
  5. zeepten in
  6. zeepten in
v.t.t.
  1. heb ingezeept
  2. hebt ingezeept
  3. heeft ingezeept
  4. hebben ingezeept
  5. hebben ingezeept
  6. hebben ingezeept
v.v.t.
  1. had ingezeept
  2. had ingezeept
  3. had ingezeept
  4. hadden ingezeept
  5. hadden ingezeept
  6. hadden ingezeept
o.t.t.t.
  1. zal inzepen
  2. zult inzepen
  3. zal inzepen
  4. zullen inzepen
  5. zullen inzepen
  6. zullen inzepen
o.v.t.t.
  1. zou inzepen
  2. zou inzepen
  3. zou inzepen
  4. zouden inzepen
  5. zouden inzepen
  6. zouden inzepen
en verder
  1. ben ingezeept
  2. bent ingezeept
  3. is ingezeept
  4. zijn ingezeept
  5. zijn ingezeept
  6. zijn ingezeept
diversen
  1. zeep in!
  2. zeept in!
  3. ingezeept
  4. inzepend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for inzepen:

VerbRelated TranslationsOther Translations
einseifen inzepen; zepen fiksen; flikken; iemand iets flikken; klaarspelen; lappen; leveren; voor elkaar krijgen

Wiktionary Translations for inzepen:

inzepen
verb
  1. transitiv, reflexiv: Seife reibend auftragen (sodass sich der Seifenschaum über die betreffende Stelle ausbreitet)

Cross Translation:
FromToVia
inzepen einschäumen lather — to cover with lather