Dutch

Detailed Translations for minder gebruiken from Dutch to German

minder gebruiken:

minder gebruiken verbe

  1. minder gebruiken (geld besparen; besparen; matigen)
    ersparen; einschränken; kürzertreten; sicheinschränken; die Ausgaben einschränken; sparsamerleben
    • ersparen verbe
    • einschränken verbe (schränke ein, schränkst ein, schränkt ein, schränkte ein, schränktet ein, eingeschränkt)
    • kürzertreten verbe (trete kürzer, tritst kürzer, tritt kürzer, tratt kürzer, tratet kürzer, kürzergetreten)
    • die Ausgaben einschränken verbe (schränke die Ausgaben ein, schränkst die Ausgaben ein, schränkt die Ausgaben ein, schränkte die Ausgaben ein, schränktet die Ausgaben ein, die Ausgaben eingeschränkt)
  2. minder gebruiken (besparen; matigen)
    ersparen; sparen; die Ausgaben einschränken
    • ersparen verbe
    • sparen verbe (spare, sparst, spart, sparte, spartet, gespart)
    • die Ausgaben einschränken verbe (schränke die Ausgaben ein, schränkst die Ausgaben ein, schränkt die Ausgaben ein, schränkte die Ausgaben ein, schränktet die Ausgaben ein, die Ausgaben eingeschränkt)

Translation Matrix for minder gebruiken:

VerbRelated TranslationsOther Translations
die Ausgaben einschränken besparen; geld besparen; matigen; minder gebruiken besparen; bezuinigen; korten; matigen
einschränken besparen; geld besparen; matigen; minder gebruiken afgrenzen; afnemen; begrenzen; beknotten; beperken; besparen; bezuinigen; bijsluiten; bijvoegen; indammen; inkapselen; inkorten; inkrimpen; inperken; insluiten; korten; korter maken; krimpen; limiteren; matigen; minder worden; minderen; reduceren; slinken; terugdraaien; terugschroeven; toevoegen; van grenzen voorzien; verkorten; verlagen; verminderen
ersparen besparen; geld besparen; matigen; minder gebruiken
kürzertreten besparen; geld besparen; matigen; minder gebruiken
sicheinschränken besparen; geld besparen; matigen; minder gebruiken
sparen besparen; matigen; minder gebruiken achteruitgaan; afnemen; declineren; minder worden; op bankrekening zetten; opsparen; sparen; zuinig zijn
sparsamerleben besparen; geld besparen; matigen; minder gebruiken

Related Translations for minder gebruiken