Dutch

Detailed Translations for samenvoeging from Dutch to German

samenvoeging:

samenvoeging [de ~ (v)] nom

  1. de samenvoeging (samenstelling; assemblage; assembleren; montage)
  2. de samenvoeging (bijeenlegging)
    die Zusammenlegung; die Zusammenfügung
  3. de samenvoeging (aaneenschakeling; samentrekking)
  4. de samenvoeging (aaneenvoeging; verbinding)
    die Verbindung; die Kopplung; die Zusammenlegung; der Zusammenschluß; die Zusammenfügung
  5. de samenvoeging (optelsom)
    die Aneinanderreihung; die Addition
  6. de samenvoeging (verbinding; las)
    die Zusammenschweißung; die Zusammenfügung; die Verbindung
  7. de samenvoeging

Translation Matrix for samenvoeging:

NounRelated TranslationsOther Translations
Addition optelsom; samenvoeging bijtelling; optelling; samentelling; som
Aneinanderreihung aaneenschakeling; optelsom; samentrekking; samenvoeging aaneenschakeling; keten; reeks; rij; serie
Kopplung aaneenvoeging; samenvoeging; verbinding aaneenkoppeling; aaneensluiting; affaire; koppelen; koppeling; liaison; liefdesrelatie; relatie; verbinding; verhouding
Verbindung aaneenvoeging; las; samenvoeging; verbinding aaneenkoppeling; aaneensluiting; aansluiting; affaire; akkoord; alliantie; associatie; avontuurtje; band; bereikbaarheid; binding; bond; bondgenootschap; broederschap; coalitie; connectie; connectiviteit; contact; correlatie; coöperatie; federatie; gebondenheid; genootschap; koppeling; liaison; liefdesrelatie; liga; link; onderling verband; pact; relatie; samenhang; samenwerkingsverband; schakel; slippertje; sociëteit; studentenbond; studentenvereniging; unie; verband; verbinding; verbond; verdrag; vereniging; verhouding; verloving; verwantschap
Zusammenfügung aaneenvoeging; bijeenlegging; las; samenvoeging; verbinding aaneenkoppeling; aaneensluiting; koppeling; verbinding
Zusammenlegung aaneenvoeging; bijeenlegging; samenvoeging; verbinding aaneensluiting; koppeling; verbinding
Zusammenschluß aaneenvoeging; samenvoeging; verbinding aaneenkoppeling; aaneensluiting; associatie; bond; broederschap; coalitie; fusie; genootschap; koppeling; samensmelting; sociëteit; unie; verbinding; verbond; vereniging
Zusammenschweißung las; samenvoeging; verbinding
Zusammensetzung assemblage; assembleren; montage; samenstelling; samenvoeging bijeenplaatsing; bouw; constructie; onderdelen; opbouw; opbouwen; ordening; organisatie; samengesteld geheel; samenstelling; samenstelling taalkunde; structuur; systeem
Zusammenstellung assemblage; assembleren; montage; samenstelling; samenvoeging
Not SpecifiedRelated TranslationsOther Translations
Kapitalbildung samenvoeging
Kapitalbildung/Zusammenfassung samenvoeging

Related Words for "samenvoeging":

  • samenvoegingen

External Machine Translations: