Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. strepen:


Dutch

Detailed Translations for strepend from Dutch to English

strepend form of strepen:

strepen [de ~] nom, pluriel

  1. de strepen
    the stripes

strepen verbe (streep, streept, streepte, streepten, getreept)

  1. strepen (strepen trekken)
    to stripe; lineate; to line
    • stripe verbe (stripes, striped, striping)
    • lineate verbe
    • line verbe (lines, lined, lining)

Conjugations for strepen:

o.t.t.
  1. streep
  2. streept
  3. streept
  4. strepen
  5. strepen
  6. strepen
o.v.t.
  1. streepte
  2. streepte
  3. streepte
  4. streepten
  5. streepten
  6. streepten
v.t.t.
  1. ben getreept
  2. bent getreept
  3. is getreept
  4. zijn getreept
  5. zijn getreept
  6. zijn getreept
v.v.t.
  1. was getreept
  2. was getreept
  3. was getreept
  4. waren getreept
  5. waren getreept
  6. waren getreept
o.t.t.t.
  1. zal strepen
  2. zult strepen
  3. zal strepen
  4. zullen strepen
  5. zullen strepen
  6. zullen strepen
o.v.t.t.
  1. zou strepen
  2. zou strepen
  3. zou strepen
  4. zouden strepen
  5. zouden strepen
  6. zouden strepen
diversen
  1. streep!
  2. streept!
  3. getreept
  4. strepend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for strepen:

NounRelated TranslationsOther Translations
line aansluiting; afzetlint; colonne; connectie; contact; file; gelid; koord; kordon; lijn; lijntje; linie; lint; politielint; regel; rij; schriftlijn; streep; streepje; verbinding
stripe lijn; linie; streep; striemen in de huid
stripes strepen
VerbRelated TranslationsOther Translations
line strepen; strepen trekken belijnen; lijnen; liniëren; van lijnen voorzien
lineate strepen; strepen trekken belijnen; liniëren; van lijnen voorzien
stripe strepen; strepen trekken belijnen; liniëren; van lijnen voorzien

Related Words for "strepen":


External Machine Translations: