Summary
Dutch to Spanish:   more detail...
  1. emanciperen:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for emanciperen from Dutch to Spanish

emanciperen:

emanciperen verbe

  1. emanciperen (vrijmaken; bevrijden; vrijvechten; verlossen; banen)

Translation Matrix for emanciperen:

NounRelated TranslationsOther Translations
liberar bevrijden; loslaten
VerbRelated TranslationsOther Translations
liberar banen; bevrijden; emanciperen; verlossen; vrijmaken; vrijvechten amnestie verlenen; bevrijden; bevrijden van belegeraars; in vrijheid stellen; invrijheidstellen; laten gaan; loskomen; loslaten; losmaken; niet vasthouden; ontsnappen; ontzetten; van de boeien ontdoen; van last bevrijden; verlossen; vrijgeven; vrijkomen; vrijlaten; zich bevrijden

Wiktionary Translations for emanciperen:

emanciperen
verb
  1. bevrijden van sociale, politieke, wettelijke enz. belemmeringen

Cross Translation:
FromToVia
emanciperen emancipar émanciperlibérer.