Dutch
Detailed Translations for verzieken from Dutch to Spanish
verzieken:
-
verzieken (verpesten; bederven; verknoeien; stukmaken; verklungelen; verbroddelen; verknallen)
-
verzieken (in de war sturen; ruïneren; bederven; nekken)
corromper; estropear; malograr; destruir; degenerar; malear; echar a perder; degenerarse-
corromper verbe
-
estropear verbe
-
malograr verbe
-
destruir verbe
-
degenerar verbe
-
malear verbe
-
echar a perder verbe
-
degenerarse verbe
-
Translation Matrix for verzieken:
External Machine Translations: