Summary
Dutch to French:   more detail...
  1. bestralen:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for bestralen from Dutch to French

bestralen:

bestralen verbe (bestraal, bestraalt, bestraalde, bestraalden, bestraald)

  1. bestralen (chemotherapie geven)
    irradier
    • irradier verbe (irradie, irradies, irradions, irradiez, )

Conjugations for bestralen:

o.t.t.
  1. bestraal
  2. bestraalt
  3. bestraalt
  4. bestralen
  5. bestralen
  6. bestralen
o.v.t.
  1. bestraalde
  2. bestraalde
  3. bestraalde
  4. bestraalden
  5. bestraalden
  6. bestraalden
v.t.t.
  1. heb bestraald
  2. hebt bestraald
  3. heeft bestraald
  4. hebben bestraald
  5. hebben bestraald
  6. hebben bestraald
v.v.t.
  1. had bestraald
  2. had bestraald
  3. had bestraald
  4. hadden bestraald
  5. hadden bestraald
  6. hadden bestraald
o.t.t.t.
  1. zal bestralen
  2. zult bestralen
  3. zal bestralen
  4. zullen bestralen
  5. zullen bestralen
  6. zullen bestralen
o.v.t.t.
  1. zou bestralen
  2. zou bestralen
  3. zou bestralen
  4. zouden bestralen
  5. zouden bestralen
  6. zouden bestralen
diversen
  1. bestraal!
  2. bestraalt!
  3. bestraald
  4. bestralend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for bestralen:

VerbRelated TranslationsOther Translations
irradier bestralen; chemotherapie geven beschijnen; verlichten

Wiktionary Translations for bestralen:

bestralen
verb
  1. Soumettre à un intense rayonnement.(1)