Summary
Dutch to French:   more detail...
  1. zich afsloven:


Dutch

Detailed Translations for zich afsloven from Dutch to French

zich afsloven:

zich afsloven verbe

  1. zich afsloven (zwoegen; ploeteren; sloven; )
    épuiser; besogner; peiner; se tuer
    • épuiser verbe (épuise, épuises, épuisons, épuisez, )
    • besogner verbe (besogne, besognes, besognons, besognez, )
    • peiner verbe (peine, peines, peinons, peinez, )
    • se tuer verbe

Translation Matrix for zich afsloven:

VerbRelated TranslationsOther Translations
besogner afbeulen; afjakkeren; afsloven; ploeteren; sappelen; sloven; zich afsloven; zwoegen aanpoten; flink aanpakken; hard werken
peiner afbeulen; afjakkeren; afsloven; ploeteren; sappelen; sloven; zich afsloven; zwoegen aanpoten; afbeulen; buffelen; een ongeluk werken; half dood werken; hard werken; kapotwerken; pezen; sloven; tobben
se tuer afbeulen; afjakkeren; afsloven; ploeteren; sappelen; sloven; zich afsloven; zwoegen
épuiser afbeulen; afjakkeren; afsloven; ploeteren; sappelen; sloven; zich afsloven; zwoegen aan kracht inboeten; afmatten; decimeren; dunnen; minder talrijk maken; moe maken; opgebruiken; opkrijgen; opmaken; slopen; uitdunnen; uitputten; verdorsten; vermoeien; verslappen; verzwakken; wegkappen; zwak worden; zwakker worden

Related Translations for zich afsloven