Summary
Dutch Synonyms:   more detail...
  1. bevreemden:


Dutch

Detailed Synonyms for bevreemden in Dutch

bevreemden:

bevreemden verbe (bevreemd, bevreemdt, bevreemdde, bevreemdden, bevreemd)

  1. bevreemden
    verbazen; verwonderen; verbijsteren; bevreemden
    • verbazen verbe (verbaas, verbaast, verbaasde, verbaasden, verbaasd)
    • verwonderen verbe (verwonder, verwondert, verwonderde, verwonderden, verwonderd)
    • verbijsteren verbe (verbijster, verbijstert, verbijsterde, verbijsterden, verbijsterd)
    • bevreemden verbe (bevreemd, bevreemdt, bevreemdde, bevreemdden, bevreemd)

Conjugations for bevreemden:

o.t.t.
  1. bevreemd
  2. bevreemdt
  3. bevreemdt
  4. bevreemden
  5. bevreemden
  6. bevreemden
o.v.t.
  1. bevreemdde
  2. bevreemdde
  3. bevreemdde
  4. bevreemdden
  5. bevreemdden
  6. bevreemdden
v.t.t.
  1. heb bevreemd
  2. hebt bevreemd
  3. heeft bevreemd
  4. hebben bevreemd
  5. hebben bevreemd
  6. hebben bevreemd
v.v.t.
  1. had bevreemd
  2. had bevreemd
  3. had bevreemd
  4. hadden bevreemd
  5. hadden bevreemd
  6. hadden bevreemd
o.t.t.t.
  1. zal bevreemden
  2. zult bevreemden
  3. zal bevreemden
  4. zullen bevreemden
  5. zullen bevreemden
  6. zullen bevreemden
o.v.t.t.
  1. zou bevreemden
  2. zou bevreemden
  3. zou bevreemden
  4. zouden bevreemden
  5. zouden bevreemden
  6. zouden bevreemden
diversen
  1. bevreemd!
  2. bevreemdt!
  3. bevreemd
  4. bevreemend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze