Summary
Dutch Synonyms:   more detail...
  1. dichtbijten:


Dutch

Detailed Synonyms for dichtbijten in Dutch

dichtbijten:

dichtbijten verbe

  1. dichtbijten
    happen; toebijten; toehappen; dichtbijten; toesnauwen
    • happen verbe (hap, hapt, hapte, hapten, gehapt)
    • toebijten verbe (bijt toe, beet toe, beten toe, toegebeten)
    • toehappen verbe (hap toe, hapt toe, hapte toe, hapten toe, toegehapt)
    • dichtbijten verbe
    • toesnauwen verbe (snauw toe, snauwt toe, snauwde toe, snauwden toe, toegesnauwd)