Home ->Dictionaries ->Dutch/Dutch ->Translate fosforesceren

Synonyms for "fosforesceren" in Dutch

Summary
Dutch Synonyms:   more detail...
  1. fosforesceren:

Dutch

Detailed Synonyms for fosforesceren in Dutch

fosforesceren:

fosforesceren verbe (fosforesceer, fosforesceert, fosforesceerde, fosforesceerden, gefosforesceerd)

  1. fosforesceren
    fosforesceren
    • fosforesceren verbe (fosforesceer, fosforesceert, fosforesceerde, fosforesceerden, gefosforesceerd)

Conjugations for fosforesceren:

o.t.t.
  1. fosforesceer
  2. fosforesceert
  3. fosforesceert
  4. fosforesceren
  5. fosforesceren
  6. fosforesceren
o.v.t.
  1. fosforesceerde
  2. fosforesceerde
  3. fosforesceerde
  4. fosforesceerden
  5. fosforesceerden
  6. fosforesceerden
v.t.t.
  1. heb gefosforesceerd
  2. hebt gefosforesceerd
  3. heeft gefosforesceerd
  4. hebben gefosforesceerd
  5. hebben gefosforesceerd
  6. hebben gefosforesceerd
v.v.t.
  1. had gefosforesceerd
  2. had gefosforesceerd
  3. had gefosforesceerd
  4. hadden gefosforesceerd
  5. hadden gefosforesceerd
  6. hadden gefosforesceerd
o.t.t.t.
  1. zal fosforesceren
  2. zult fosforesceren
  3. zal fosforesceren
  4. zullen fosforesceren
  5. zullen fosforesceren
  6. zullen fosforesceren
o.v.t.t.
  1. zou fosforesceren
  2. zou fosforesceren
  3. zou fosforesceren
  4. zouden fosforesceren
  5. zouden fosforesceren
  6. zouden fosforesceren
en verder
  3. is gefosforesceerd
  6. zijn gefosforesceerd
diversen
  1. fosforesceer!
  2. fosforesceert!
  5. gefosforesceerd
  6. fosforescerend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze







Your free, fast, and simple translation dictionary

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Page served in 0.0124 seconds
Page rendered in 1.0 seconds