Summary
Dutch Synonyms:   more detail...
  1. in de war maken:


Dutch

Detailed Synonyms for in de war maken in Dutch

in de war maken:

in de war maken verbe (maak in de war, maakt in de war, maakte in de war, maakten in de war, in de war gemaakt)

  1. in de war maken
    duizelen; in de war maken
    • duizelen verbe (duizel, duizelt, duizelde, duizelden, geduizeld)
    • in de war maken verbe (maak in de war, maakt in de war, maakte in de war, maakten in de war, in de war gemaakt)
  2. in de war maken
    door elkaar halen; in de war maken
    • door elkaar halen verbe (haal door elkaar, haalt door elkaar, haalde door elkaar, haalden door elkaar, door elkaar gehaald)
    • in de war maken verbe (maak in de war, maakt in de war, maakte in de war, maakten in de war, in de war gemaakt)

Conjugations for in de war maken:

o.t.t.
  1. maak in de war
  2. maakt in de war
  3. maakt in de war
  4. maken in de war
  5. maken in de war
  6. maken in de war
o.v.t.
  1. maakte in de war
  2. maakte in de war
  3. maakte in de war
  4. maakten in de war
  5. maakten in de war
  6. maakten in de war
v.t.t.
  1. heb in de war gemaakt
  2. hebt in de war gemaakt
  3. heeft in de war gemaakt
  4. hebben in de war gemaakt
  5. hebben in de war gemaakt
  6. hebben in de war gemaakt
v.v.t.
  1. had in de war gemaakt
  2. had in de war gemaakt
  3. had in de war gemaakt
  4. hadden in de war gemaakt
  5. hadden in de war gemaakt
  6. hadden in de war gemaakt
o.t.t.t.
  1. zal in de war maken
  2. zult in de war maken
  3. zal in de war maken
  4. zullen in de war maken
  5. zullen in de war maken
  6. zullen in de war maken
o.v.t.t.
  1. zou in de war maken
  2. zou in de war maken
  3. zou in de war maken
  4. zouden in de war maken
  5. zouden in de war maken
  6. zouden in de war maken
en verder
  1. ben in de war gemaakt
  2. bent in de war gemaakt
  3. is in de war gemaakt
  4. zijn in de war gemaakt
  5. zijn in de war gemaakt
  6. zijn in de war gemaakt
diversen
  1. maak in de war!
  2. maakt in de war!
  3. in de war gemaakt
  4. in de war makend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Related Synonyms for in de war maken