Summary
Dutch Synonyms:   more detail...
  1. trappen lopen:


Dutch

Detailed Synonyms for trappen lopen in Dutch

trappen lopen:

trappen lopen verbe (loop trappen, loopt trappen, liep trappen, liepen trappen, trappen gelopen)

  1. trappen lopen
    trappen lopen
    • trappen lopen verbe (loop trappen, loopt trappen, liep trappen, liepen trappen, trappen gelopen)

Conjugations for trappen lopen:

o.t.t.
  1. loop trappen
  2. loopt trappen
  3. loopt trappen
  4. lopen trappen
  5. lopen trappen
  6. lopen trappen
o.v.t.
  1. liep trappen
  2. liep trappen
  3. liep trappen
  4. liepen trappen
  5. liepen trappen
  6. liepen trappen
v.t.t.
  1. heb trappen gelopen
  2. hebt trappen gelopen
  3. heeft trappen gelopen
  4. hebben trappen gelopen
  5. hebben trappen gelopen
  6. hebben trappen gelopen
v.v.t.
  1. had trappen gelopen
  2. had trappen gelopen
  3. had trappen gelopen
  4. hadden trappen gelopen
  5. hadden trappen gelopen
  6. hadden trappen gelopen
o.t.t.t.
  1. zal trappen lopen
  2. zult trappen lopen
  3. zal trappen lopen
  4. zullen trappen lopen
  5. zullen trappen lopen
  6. zullen trappen lopen
o.v.t.t.
  1. zou trappen lopen
  2. zou trappen lopen
  3. zou trappen lopen
  4. zouden trappen lopen
  5. zouden trappen lopen
  6. zouden trappen lopen
en verder
  1. ben trappen gelopen
  2. bent trappen gelopen
  3. is trappen gelopen
  4. zijn trappen gelopen
  5. zijn trappen gelopen
  6. zijn trappen gelopen
diversen
  1. loop trappen!
  2. loopt trappen!
  3. trappen gelopen
  4. trappen lopend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Related Synonyms for trappen lopen