Dutch

Detailed Synonyms for zeer doen in Dutch

zeer doen:

zeer doen verbe (doe zeer, doet zeer, deed zeer, deden zeer, zeer gedaan)

  1. zeer doen
    pijn doen; zeer doen; knauwen; pijn bezorgen
    • pijn doen verbe (doe pijn, doet pijn, deed pijn, deden pijn, pijn gedaan)
    • zeer doen verbe (doe zeer, doet zeer, deed zeer, deden zeer, zeer gedaan)
    • knauwen verbe (knauw, knauwt, knauwde, knauwden, geknauwd)
  2. zeer doen
    pijn doen; kwetsen; krenken; zeer doen; grieven
    • pijn doen verbe (doe pijn, doet pijn, deed pijn, deden pijn, pijn gedaan)
    • kwetsen verbe (kwets, kwetst, kwetste, kwetsten, gekwetst)
    • krenken verbe (krenk, krenkt, krenkte, krenkten, gekrenkt)
    • zeer doen verbe (doe zeer, doet zeer, deed zeer, deden zeer, zeer gedaan)
    • grieven verbe (grief, grieft, griefde, griefden, gegriefd)
  3. zeer doen
    pijn doen; verwonden; zeer doen; pijn bezorgen
    • pijn doen verbe (doe pijn, doet pijn, deed pijn, deden pijn, pijn gedaan)
    • verwonden verbe (verwond, verwondt, verwondde, verwondden, verwond)
    • zeer doen verbe (doe zeer, doet zeer, deed zeer, deden zeer, zeer gedaan)

Conjugations for zeer doen:

o.t.t.
  1. doe zeer
  2. doet zeer
  3. doet zeer
  4. doen zeer
  5. doen zeer
  6. doen zeer
o.v.t.
  1. deed zeer
  2. deed zeer
  3. deed zeer
  4. deden zeer
  5. deden zeer
  6. deden zeer
v.t.t.
  1. heb zeer gedaan
  2. hebt zeer gedaan
  3. heeft zeer gedaan
  4. hebben zeer gedaan
  5. hebben zeer gedaan
  6. hebben zeer gedaan
v.v.t.
  1. had zeer gedaan
  2. had zeer gedaan
  3. had zeer gedaan
  4. hadden zeer gedaan
  5. hadden zeer gedaan
  6. hadden zeer gedaan
o.t.t.t.
  1. zal zeer doen
  2. zult zeer doen
  3. zal zeer doen
  4. zullen zeer doen
  5. zullen zeer doen
  6. zullen zeer doen
o.v.t.t.
  1. zou zeer doen
  2. zou zeer doen
  3. zou zeer doen
  4. zouden zeer doen
  5. zouden zeer doen
  6. zouden zeer doen
diversen
  1. doe zeer!
  2. doet zeer!
  3. zeer gedaan
  4. zeer doend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

zeer doen [znw.] nom

  1. zeer doen
    pijn doen; zeer doen

Related Synonyms for zeer doen