Summary
Dutch to Swedish:   more detail...
  1. binnenproppen:


Dutch

Detailed Translations for binnenproppen from Dutch to Swedish

binnenproppen:

binnenproppen verbe (prop binnen, propt binnen, propte binnen, propten binnen, binnengepropt)

  1. binnenproppen (inproppen)
    proppa in
    • proppa in verbe (proppar in, proppade in, proppat in)

Conjugations for binnenproppen:

o.t.t.
  1. prop binnen
  2. propt binnen
  3. propt binnen
  4. proppen binnen
  5. proppen binnen
  6. proppen binnen
o.v.t.
  1. propte binnen
  2. propte binnen
  3. propte binnen
  4. propten binnen
  5. propten binnen
  6. propten binnen
v.t.t.
  1. heb binnengepropt
  2. hebt binnengepropt
  3. heeft binnengepropt
  4. hebben binnengepropt
  5. hebben binnengepropt
  6. hebben binnengepropt
v.v.t.
  1. had binnengepropt
  2. had binnengepropt
  3. had binnengepropt
  4. hadden binnengepropt
  5. hadden binnengepropt
  6. hadden binnengepropt
o.t.t.t.
  1. zal binnenproppen
  2. zult binnenproppen
  3. zal binnenproppen
  4. zullen binnenproppen
  5. zullen binnenproppen
  6. zullen binnenproppen
o.v.t.t.
  1. zou binnenproppen
  2. zou binnenproppen
  3. zou binnenproppen
  4. zouden binnenproppen
  5. zouden binnenproppen
  6. zouden binnenproppen
diversen
  1. prop binnen!
  2. propt binnen!
  3. binnengepropt
  4. binnenproppend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for binnenproppen:

VerbRelated TranslationsOther Translations
proppa in binnenproppen; inproppen