Dutch
Detailed Translations for galvaniseren from Dutch to Swedish
galvaniseren:
-
galvaniseren (verzinken)
Conjugations for galvaniseren:
o.t.t.
- galvaniseer
- galvaniseert
- galvaniseert
- galvaniseren
- galvaniseren
- galvaniseren
o.v.t.
- galvaniseerde
- galvaniseerde
- galvaniseerde
- galvaniseerden
- galvaniseerden
- galvaniseerden
v.t.t.
- heb gegalvaniseerd
- hebt gegalvaniseerd
- heeft gegalvaniseerd
- hebben gegalvaniseerd
- hebben gegalvaniseerd
- hebben gegalvaniseerd
v.v.t.
- had gegalvaniseerd
- had gegalvaniseerd
- had gegalvaniseerd
- hadden gegalvaniseerd
- hadden gegalvaniseerd
- hadden gegalvaniseerd
o.t.t.t.
- zal galvaniseren
- zult galvaniseren
- zal galvaniseren
- zullen galvaniseren
- zullen galvaniseren
- zullen galvaniseren
o.v.t.t.
- zou galvaniseren
- zou galvaniseren
- zou galvaniseren
- zouden galvaniseren
- zouden galvaniseren
- zouden galvaniseren
en verder
- is gegalvaniseerd
- zijn gegalvaniseerd
diversen
- galvaniseer!
- galvaniseert!
- gegalvaniseerd
- galvaniserend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for galvaniseren:
Verb | Related Translations | Other Translations |
galvanisera | galvaniseren; verzinken |
Wiktionary Translations for galvaniseren:
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• galvaniseren | → galvanisera | ↔ galvanize — To coat with a thin layer of metal by electrochemical means |
External Machine Translations: